Sefanja 2:6

SVEn de landstreek der zee zal wezen [tot] hutten, uitgegraven putten der herders, en betuiningen der kudden.
WLCוְֽהָיְתָ֞ה חֶ֣בֶל הַיָּ֗ם נְוֹ֛ת כְּרֹ֥ת רֹעִ֖ים וְגִדְרֹ֥ות צֹֽאן׃
Trans.wəhāyəṯâ ḥeḇel hayyām nəwōṯ kərōṯ rō‘îm wəḡiḏərwōṯ ṣō’n:

Algemeen

Zie ook: Herder, Zee

Aantekeningen

En de landstreek der zee zal wezen [tot] hutten, uitgegraven putten der herders, en betuiningen der kudden.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְֽ

-

הָיְתָ֞ה

zal wezen

חֶ֣בֶל

En de landstreek

הַ

-

יָּ֗ם

der zee

נְוֺ֛ת

hutten

כְּרֹ֥ת

uitgegraven putten

רֹעִ֖ים

der herders

וְ

-

גִדְר֥וֹת

en betuiningen

צֹֽאן

der kudden


En de landstreek der zee zal wezen [tot] hutten, uitgegraven putten der herders, en betuiningen der kudden.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!