G536 ἀπαρχή
eerstelingen

Bijbelteksten

Romeinen 8:23En niet alleen dit, maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes hebben, wij ook zelven, [zeg ik], zuchten in onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, [namelijk] de verlossing onzes lichaams.
Romeinen 11:16En indien de eerstelingen heilig zijn, zo is ook het deeg [heilig], en indien de wortel heilig is, zo zijn ook de takken [heilig].
Romeinen 16:5[Groet] ook de Gemeente in hun huis. Groet Epenetus, mijn beminde, die de eersteling is van Achaje in Christus.
1 Corinthiers 15:20Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden, [en] is de Eersteling geworden dergenen, die ontslapen zijn.
1 Corinthiers 15:23Maar een iegelijk in zijn orde: de eersteling Christus, daarna die van Christus zijn, in Zijn toekomst.
1 Corinthiers 16:15En ik bid u, broeders, gij kent het huis van Stefanas, dat het is de eersteling van Achaje, en [dat] zij zichzelven den heiligen ten dienst hebben geschikt;
Jakobus 1:18Naar Zijn wil heeft Hij ons gebaard door het Woord der waarheid, opdat wij zouden zijn [als] eerstelingen Zijner schepselen.
Openbaring 14:4Dezen zijn het, die met vrouwen niet bevlekt zijn, want zij zijn maagden; dezen zijn het, die het Lam volgen, waar Het ook heengaat; dezen zijn gekocht uit de mensen, [tot] eerstelingen Gode en het Lam.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel