Hebreeen 1:13 | En tot welken der engelen heeft Hij ooit gezegd: Zit aan Mijn rechter[hand], totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten? |
Hebreeen 8:1 | De hoofdsom nu der dingen, waarvan wij spreken, is, [dat] wij hebben zodanigen Hogepriester, Die gezeten is aan de rechter[hand] van den troon der Majesteit in de hemelen: |
Hebreeen 10:12 | Maar Deze, een slachtoffer voor de zonden geofferd hebbende, is in eeuwigheid gezeten aan de rechter[hand] Gods; |
Hebreeen 12:2 | Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen en schande veracht, en is gezeten aan de rechter[hand] des troons van God. |
1 Petrus 3:22 | Welke is aan de rechter [hand] Gods, opgevaren ten hemel, de engelen, en machten, en krachten Hem onderdanig gemaakt zijnde. |
Openbaring 1:16 | En Hij had zeven sterren in Zijn rechterhand; en uit Zijn mond ging een tweesnijdend scherp zwaard; en Zijn aangezicht was, gelijk de zon schijnt in haar kracht. |
Openbaring 1:17 | En toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten; en Hij legde Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij: Vrees niet; Ik ben de Eerste en de Laatste; |
Openbaring 1:20 | De verborgenheid der zeven sterren, die gij gezien hebt in Mijn rechter[hand], en de zeven gouden kandelaren. De zeven sterren zijn de engelen der zeven Gemeenten; en de zeven kandelaren, die gij gezien hebt, zijn de zeven Gemeenten. |
Openbaring 2:1 | Schrijf aan den engel der Gemeente van Efeze: Dit zegt Hij, Die de zeven sterren in Zijn rechter[hand] houdt, Die in het midden der zeven gouden kandelaren wandelt: |
Openbaring 5:1 | En ik zag in de rechter[hand] Desgenen, Die op den troon zat, een boek, geschreven van binnen en van buiten, verzegeld met zeven zegelen. |
Openbaring 5:7 | En Het kwam, en heeft het boek genomen uit de rechter[hand] Desgenen, Die op den troon zat. |
Openbaring 10:2 | En hij had in zijn hand een boeksken, dat geopend was; en hij zette zijn rechtervoet op de zee, en den linker op de aarde. |
Openbaring 10:5 | En de engel, dien ik zag staan op de zee, en op de aarde, hief zijn hand op naar den hemel; |
Openbaring 13:16 | En het maakt, dat het aan allen, kleinen en groten, en rijken en armen, en vrijen en dienstknechten, een merkteken geve aan hun rechterhand of aan hun voorhoofden; |