G1573 ἐκκακέω
moedeloos worden

Bijbelteksten

Lukas 18:1En Hij zeide ook een gelijkenis tot hen, daartoe [strekkende], dat men altijd bidden moet, en niet vertragen;
2 Corinthiers 4:1Daarom dewijl wij deze bediening hebben, naar de barmhartigheid, die ons geschied is, zo vertragen wij niet;
2 Corinthiers 4:16Daarom vertragen wij niet; maar hoewel onze uitwendige mens verdorven wordt, zo wordt nochtans de inwendige vernieuwd van dag tot dag.
Galaten 6:9Doch laat ons, goed doende, niet vertragen; want te zijner tijd zullen wij maaien, zo wij niet verslappen.
Efeziers 3:13Daarom bid ik, dat gij niet vertraagt in mijn verdrukkingen voor u, hetwelke is uw heerlijkheid.
2 Thessalonicensen 3:13En gij, broeders, vertraagt niet in goed te doen.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech