G2075 ἐστέ
zijn

Bijbelteksten

Lukas 24:17En Hij zeide tot hen: Wat redenen zijn dit, die gij, wandelende, onder elkander verhandelt, en [waarom] ziet gij droevig?
Lukas 24:38En Hij zeide tot hen: Wat zijt gij ontroerd, en waarom klimmen [zulke] overleggingen in uw harten?
Lukas 24:48En gij zijt getuigen van deze dingen.
Johannes 8:23En Hij zeide tot hen: Gijlieden zijt van beneden, Ik ben van boven; gij zijt uit deze wereld, Ik ben niet uit deze wereld.
Johannes 8:31Jezus dan zeide tot de Joden, die [in] Hem geloofden: Indien gijlieden in Mijn woord blijft, zo zijt gij waarlijk Mijn discipelen;
Johannes 8:37Ik weet, dat gij Abrahams zaad zijt; maar gij zoekt Mij te doden; want Mijn woord heeft in u geen plaats.
Johannes 8:44Gij zijt uit den vader den duivel, en wilt de begeerten uws vaders doen; die was een mensenmoorder van den beginne, en is in de waarheid niet staande gebleven; want geen waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zo spreekt hij uit zijn eigen; want hij is een leugenaar, en de vader derzelve [leugen].
Johannes 8:47Die uit God is, hoort de woorden Gods; daarom hoort gijlieden niet, omdat gij uit God niet zijt.
Johannes 10:26Maar gijlieden gelooft niet; want gij zijt niet van Mijn schapen, gelijk Ik u gezegd heb.
Johannes 10:34Jezus antwoordde hun: Is er niet geschreven in uw wet: Ik heb gezegd, gij zijt goden?
Johannes 13:10Jezus zeide tot hem: Die gewassen is, heeft niet van node, dan de voeten te wassen, maar is geheel rein. En gijlieden zijt rein, doch niet allen.
Johannes 13:11Want Hij wist, wie Hem verraden zou; daarom zeide Hij: Gij zijt niet allen rein.
Johannes 13:17Indien gij deze dingen weet, zalig zijt gij, zo gij dezelve doet.
Johannes 13:35Hieraan zullen zij allen bekennen, dat gij Mijn discipelen zijt, zo gij liefde hebt onder elkander.
Johannes 15:3Gijlieden zijt nu rein om het woord, dat Ik tot u gesproken heb.
Johannes 15:14Gij zijt Mijn vrienden, zo gij doet wat Ik u gebiede.
Johannes 15:19Indien gij van de wereld waart, zo zou de wereld het hare liefhebben; doch omdat gij van de wereld niet zijt, maar Ik u uit de wereld heb uitverkoren, daarom haat u de wereld.
Johannes 15:27En gij zult ook getuigen, want gij zijt van den beginne met Mij geweest.
Handelingen 3:25Gijlieden zijt kinderen der profeten, en des verbonds, hetwelk God met onze vaderen opgericht heeft, zeggende tot Abraham: En in uw zade zullen alle geslachten der aarde gezegend worden.
Handelingen 7:26En den volgenden dag werd hij van hen gezien, daar zij vochten; en hij drong ze tot vrede, zeggende: Mannen, gij zijt broeders; waarom doet gij elkander ongelijk?

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel