Romeinen 8:32 | Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken? |
Romeinen 9:29 | En gelijk Jesaja te voren gezegd heeft: Indien de Heere Sebaoth ons geen zaad had overgelaten, zo waren wij als Sodom geworden, en Gomorra gelijk gemaakt geweest. |
Romeinen 12:6 | Hebbende nu verscheidene gaven, naar de genade, die ons gegeven is, |
1 Corinthiers 1:18 | Want het woord des kruises is wel dengenen, die verloren gaan, dwaasheid; maar ons, die behouden worden, is het een kracht Gods; |
1 Corinthiers 1:30 | Maar uit Hem zijt gij in Christus Jezus, Die ons geworden is wijsheid van God, en rechtvaardigheid, en heiligmaking, en verlossing; |
1 Corinthiers 2:10 | Doch God heeft [het] ons geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods. |
1 Corinthiers 2:12 | Doch wij hebben niet ontvangen den geest der wereld, maar den Geest, Die uit God is, opdat wij zouden weten de dingen, die ons van God geschonken zijn; |
1 Corinthiers 4:6 | En deze dingen, broeders, heb ik op mijzelven en Apollos bij gelijkenis toegepast, om uwentwil; opdat gij aan ons zoudt leren, niet te gevoelen boven hetgeen geschreven is, dat gij niet, de een om eens anders wil, opgeblazen wordt tegen den ander. |
1 Corinthiers 8:6 | Nochtans hebben wij [maar] een God, den Vader, uit Welken alle dingen zijn, en wij tot Hem; en [maar] een Heere, Jezus Christus, door Welken alle dingen zijn, en wij door Hem. |
1 Corinthiers 15:57 | Maar Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onzen Heere Jezus Christus. |
2 Corinthiers 1:8 | Want wij willen niet, broeders, dat gij onwetende zijt van onze verdrukking, die ons in Azie overkomen is, dat wij uitnemend zeer bezwaard zijn geweest boven [onze] macht, alzo dat wij zeer in twijfel waren, ook van het leven. |
2 Corinthiers 4:12 | Zo dan, de dood werkt wel in ons, maar het leven in ulieden. |
2 Corinthiers 4:17 | Want onze lichte verdrukking, die zeer haast voorbij [gaat], werkt ons een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht der heerlijkheid; |
2 Corinthiers 5:5 | Die ons nu tot ditzelfde bereid heeft, is God, Die ons ook het onderpand des Geestes gegeven heeft. |
2 Corinthiers 5:18 | En al deze dingen zijn uit God, Die ons met Zichzelven verzoend heeft door Jezus Christus, en ons de bediening der verzoening gegeven heeft. |
2 Corinthiers 5:19 | Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, hun zonden hun niet toerekenende; en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. |
2 Corinthiers 6:12 | Gij zijt niet nauw in ons, maar gij zijt nauw in uw ingewanden. |
2 Corinthiers 7:7 | En niet alleen door zijn komst, maar ook door de vertroosting, met welke hij over u vertroost is geweest, als hij ons verhaalde uw verlangen, uw kermen, uw ijver voor mij; alzo dat ik te meer verblijd ben geweest. |
2 Corinthiers 8:5 | En [zij deden] niet [alleen], gelijk wij gehoopt hadden, maar gaven zichzelven eerst aan den Heere en [daarna] aan ons, door den wil van God. |
2 Corinthiers 8:7 | Zo dan, gelijk gij in alles overvloedig zijt, in geloof, en in woord, en in kennis, en in alle naarstigheid, en in uw liefde tot ons, [ziet], dat gij ook in deze gave overvloedig zijt. |