G2419 Ἱερουσαλήμ
Jeruzalem

Bijbelteksten

Handelingen 21:15En na die dagen maakten wij ons gereed, en gingen op naar Jeruzalem.
Handelingen 21:31En als zij hem zochten te doden, kwam het gerucht tot den overste der bende, dat geheel Jeruzalem in verwarring was.
Handelingen 22:5Gelijk mij ook de hogepriester getuige is, en de gehele raad der ouderlingen; van dewelke ik ook brieven genomen hebbende tot de broeders, ben naar Damaskus gereisd, om ook degenen, die daar waren, gebonden te brengen naar Jeruzalem, opdat zij gestraft zouden worden.
Handelingen 22:17En het gebeurde mij, als ik te Jeruzalem wedergekeerd was, en in den tempel bad, dat ik in een vertrekking van zinnen was;
Handelingen 22:18En dat ik Hem zag, en Hij tot mij zeide: Spoed u, en ga in der haast uit Jeruzalem; want zij zullen uw getuigenis van Mij niet aannemen.
Handelingen 23:11En den volgenden nacht stond de Heere bij hem, en zeide: Heb goeden moed, Paulus, want gelijk gij te Jeruzalem van Mij betuigd hebt alzo moet gij ook te Rome getuigen.
Handelingen 24:11Alzo gij kunt weten, dat het niet meer dan twaalf dagen zijn, van dat ik ben opgekomen om te aanbidden te Jeruzalem;
Handelingen 25:3Begerende gunst tegen hem, opdat hij hem zou doen komen te Jeruzalem; [en] leggende een lage, om hem op den weg om te brengen.
Handelingen 25:20En als ik over de onderzoeking van deze zaak in twijfeling was, zeide ik, of hij wilde gaan naar Jeruzalem, en aldaar over deze dingen geoordeeld worden.
Romeinen 15:19Door kracht van tekenen en wonderheden, [en] door de kracht van den Geest Gods, zodat ik, van Jeruzalem af, en rondom, tot Illyrikum toe, het Evangelie van Christus vervuld heb.
Romeinen 15:25Maar nu reis ik naar Jeruzalem, dienende de heiligen.
Romeinen 15:26Want het heeft [dien van] Macedonie en Achaje goed gedacht een gemene handreiking te doen aan de armen onder de heiligen, die te Jeruzalem zijn.
Romeinen 15:31Opdat ik mag bevrijd worden van de ongehoorzamen in Judea, en dat deze mijn dienst, dien [ik] aan Jeruzalem [doe], aangenaam zij den heiligen;
1 Corinthiers 16:3En wanneer ik daar zal gekomen zijn, zal ik hen, die gij zult bekwaam achten door brieven, zenden, om uw gave naar Jeruzalem over te dragen.
Galaten 4:25Want dit, [namelijk] Agar, is Sinai, een berg in Arabie, en komt overeen met Jeruzalem, dat nu is, en dienstbaar is met haar kinderen.
Galaten 4:26Maar Jeruzalem, dat boven is, dat is vrij, hetwelk is ons aller moeder.
Hebreeen 12:22Maar gij zijt gekomen tot den berg Sion, en de stad des levenden Gods, tot het hemelse Jeruzalem, en de vele duizenden der engelen;
Openbaring 3:12Die overwint, Ik zal hem maken tot een pilaar in den tempel Mijns Gods, en hij zal niet meer daaruit gaan; en Ik zal op hem schrijven den Naam Mijns Gods, en de naam der stad Mijns Gods, [namelijk] des nieuwen Jeruzalems, dat uit den hemel van Mijn God afdaalt, en [ook] Mijn nieuwen Naam.
Openbaring 21:2En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, nederdalende van God uit den hemel, toebereid als een bruid, die voor haar man versierd is.
Openbaring 21:10En hij voerde mij weg in den geest op een groten en hogen berg, en hij toonde mij de grote stad, het heilige Jeruzalem, nederdalende uit den hemel van God.

Mede mogelijk dankzij