G3450 μοῦ
ik, mij, me

Bijbelteksten

Mattheus 18:10Ziet toe, dat gij niet een van deze kleinen veracht. Want Ik zeg ulieden, dat hun engelen in de hemelen altijd zien het aangezicht Mijns Vaders, Die in de hemelen is.
Mattheus 18:19Wederom zeg Ik u: Indien er twee van u samenstemmen op de aarde, over enige zaak, die zij zouden mogen begeren, dat die hun zal geschieden van Mijn Vader, Die in de hemelen is.
Mattheus 18:21Toen kwam Petrus tot Hem, en zeide: Heere! hoe menigmaal zal mijn broeder tegen mij zondigen, en ik hem vergeven? Tot zevenmaal?
Mattheus 18:35Alzo zal ook Mijn hemelse Vader u doen, indien gij niet van harte vergeeft een iegelijk zijn broeder zijn misdaden.
Mattheus 19:20De jongeling zeide tot Hem: Al deze dingen heb ik onderhouden van mijn jonkheid af; wat ontbreekt mij nog?
Mattheus 19:29En zo wie zal verlaten hebben, huizen, of broeders, of zusters, of vader, of moeder, of vrouw, of kinderen, of akkers, om Mijns Naams wil, die zal honderdvoud ontvangen, en het eeuwige leven beërven.
Mattheus 20:21En Hij zeide tot haar: Wat wilt gij? Zij zeide tot Hem: Zeg, dat deze mijn twee zonen zitten mogen, de een tot Uw rechter- en de ander tot Uw linker[hand] in Uw Koninkrijk.
Mattheus 20:23En Hij zeide tot hen: Mijn drinkbeker zult gij wel drinken, en met den doop waarmede Ik gedoopt worde, zult gij gedoopt worden; maar het zitten tot Mijn rechter- en tot Mijn linker[hand] staat bij Mij niet te geven, maar [het zal gegeven worden] dien het bereid is van Mijn Vader.
Mattheus 21:13En Hij zeide tot hen: Er is geschreven: Mijn huis zal een huis des gebeds genaamd worden; maar gij hebt dat tot een moordenaarskuil gemaakt.
Mattheus 21:28Maar wat dunkt u? Een mens had twee zonen, en gaande tot den eersten, zeide: Zoon! ga heen, werk heden in mijn wijngaard.
Mattheus 21:37En ten laatste zond hij tot hen zijn zoon, zeggende: Zij zullen mijn zoon ontzien.
Mattheus 22:4Wederom zond hij andere dienstknechten uit, zeggende: Zegt den genoden: Ziet, ik heb mijn middagmaal bereid; mijn ossen, en de gemeste [beesten] zijn geslacht, en alle dingen zijn gereed; komt tot de bruiloft.
Mattheus 22:44De Heere heeft gezegd tot Mijn Heere: Zit aan Mijn rechter[hand], totdat Ik Uw vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten.
Mattheus 24:5Want velen zullen komen onder Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen velen verleiden.
Mattheus 24:9Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, om Mijns Naams wil.
Mattheus 24:35De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen geenszins voorbijgaan.
Mattheus 24:36Doch van dien dag en die ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan Mijn Vader alleen.
Mattheus 24:48Maar zo die kwade dienstknecht in zijn hart zou zeggen: Mijn heer vertoeft te komen;
Mattheus 25:27Zo moest gij dan mijn geld den wisselaren gedaan hebben, en ik, komende, zou het mijne wedergenomen hebben met woeker.
Mattheus 25:34Alsdan zal de Koning zeggen tot degenen, die tot Zijn rechter[hand zijn]: Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! beerft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld.

Mede mogelijk dankzij

TuinTuin