G5074 τετράπους
een viervoetig dier

Bijbelteksten

Handelingen 10:12In hetwelk waren al de viervoetige [dieren] der aarde, en de wilde, en de kruipende [dieren], en de vogelen des hemels.
Handelingen 11:6Op welk [laken] als ik de ogen hield, zo merkte ik, en zag de viervoetige [dieren] der aarde, en de wilde, en de kruipende [dieren], en de vogelen des hemels.
Romeinen 1:23En hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beelds van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende [gedierten].

Mede mogelijk dankzij

Hadderech