Romeinen 16:5 | [Groet] ook de Gemeente in hun huis. Groet Epenetus, mijn beminde, die de eersteling is van Achaje in Christus. |
Romeinen 16:6 | Groet Maria, die veel voor ons gearbeid heeft. |
Romeinen 16:7 | Groet Andronikus en Junias, mijn magen, en mijn medegevangenen, welke vermaard zijn onder de apostelen, die ook voor mij in Christus geweest zijn. |
Romeinen 16:8 | Groet Amplias, mijn beminde in den Heere. |
Romeinen 16:9 | Groet Urbanus, onzen medearbeider in Christus, en Stachys, mijn beminde. |
Romeinen 16:10 | Groet Apelles, die beproefd is in Christus. Groet hen, die van het [huisgezin] van Aristobulus [zijn]. |
Romeinen 16:11 | Groet Herodion, die van mijn maagschap is. Groet hen, die van [het huisgezin] van Narcissus [zijn], degenen [namelijk], die in den Heere zijn. |
Romeinen 16:12 | Groet Tryfena en Tryfosa, [vrouwen] die in den Heere arbeiden. Groet Persis, de beminde [zuster], die veel gearbeid heeft in den Heere. |
Romeinen 16:13 | Groet Rufus, den uitverkorene in den Heere, en zijn moeder en de mijne. |
Romeinen 16:14 | Groet Asynkritus, Flegon, Hermas, Patrobas, Hermes, en de broeders, die met hen zijn. |
Romeinen 16:15 | Groet Filologus en Julia, Nereus en zijn zuster, en Olympas, en al de heiligen, die met henlieden zijn. |
Romeinen 16:16 | Groet elkander met een heiligen kus. De Gemeenten van Christus groeten ulieden. |
1 Corinthiers 7:21 | Zijt gij, een dienstknecht zijnde, geroepen, laat u [dat] niet bekommeren; maar indien gij ook kunt vrij worden, gebruik [dat] liever. |
1 Corinthiers 16:20 | U groeten al de broeders. Groet elkander met een heiligen kus. |
2 Corinthiers 11:16 | Ik zeg wederom, dat niemand mene, dat ik onwijs ben; doch zo niet, neemt mij [dan] aan als een onwijze, opdat ik ook een weinig moge roemen. |
2 Corinthiers 12:13 | Want wat is er, waarin gij minder geweest zijt dan de andere Gemeenten, anders, dan dat ikzelf u niet lastig ben geweest? Vergeeft mij dit ongelijk. |
2 Corinthiers 13:12 | Groet elkander met een heiligen kus. U groeten al de heiligen. |
Filippenzen 4:21 | Groet alle heiligen in Christus Jezus; U groeten de broeders, die met mij zijn. |
Colossenzen 4:10 | U groet Aristarchus, mijn medegevangene; en Markus, de neef van Barnabas, aangaande welken gij bevelen ontvangen hebt; zo hij tot u komt, ontvangt hem; |
Colossenzen 4:15 | Groet de broeders, die in Laodicea zijn, en Nymfas, en de Gemeente, die in zijn huis is. |