G5671

Bijbelteksten

Handelingen 25:17Als zij dan gezamenlijk alhier gekomen waren, zo heb ik, geen uitstel nemende, des [daags] daaraan op den rechterstoel gezeten, en beval, dat de man zoude [voor]gebracht worden;
Handelingen 25:21En als Paulus zich beriep, dat men hem tot de kennis des keizers bewaren zou, zo heb ik bevolen, dat hij bewaard zoude worden, ter tijd toe, dat ik hem tot den keizer zenden zou.
Handelingen 25:25Maar ik bevonden hebbende, dat hij niets des doods waardig gedaan had, en dewijl hij ook zelf zich op den keizer beroepen heeft, heb besloten hem te zenden.
Handelingen 28:23En als zij hem een dag gesteld hadden, kwamen er velen in [zijn] woonplaats; denwelken hij het Koninkrijk Gods uitlegde, en betuigde, en poogde hen te bewegen tot het geloof in Jezus, beide uit de wet van Mozes en de profeten, van des morgens vroeg tot den avond toe.
Romeinen 15:28Als ik dan dit volbracht, en hun deze vrucht verzegeld zal hebben, zo zal ik door ulieder [stad] naar Spanje afkomen.
2 Corinthiers 1:22Die ons ook heeft verzegeld, en het onderpand des Geestes in onze harten gegeven.
2 Corinthiers 2:13Maar, afscheid van hen genomen hebbende, vertrok ik naar Macedonie.
2 Corinthiers 5:3Zo wij ook bekleed [en] niet naakt zullen gevonden worden.
Efeziers 6:14Staat dan, uw lenden omgord hebbende met de waarheid, en aangedaan hebbende het borstwapen der gerechtigheid;
Efeziers 6:15En de voeten geschoeid hebbende met bereidheid van het Evangelie des vredes;
Colossenzen 3:10En aangedaan hebt den nieuwen [mens], die vernieuwd wordt tot kennis, naar het evenbeeld Desgenen, Die hem geschapen heeft;
1 Thessalonicensen 3:6Maar als Timotheus nu van ulieden tot ons gekomen was, en ons de goede boodschap gebracht had van uw geloof en liefde, en dat gij altijd goede gedachtenis van ons hebt, zeer begerig zijnde om ons te zien, gelijk wij ook om ulieden;
1 Thessalonicensen 5:8Maar wij, die des daags zijn, laat ons nuchteren zijn, aangedaan hebbende het borstwapen des geloofs en der liefde, en [tot] een helm, de hoop der zaligheid.
Hebreeen 1:3Dewelke, alzo Hij is het Afschijnsel [Zijner] heerlijkheid, en het uitgedrukte Beeld Zijner zelfstandigheid, en alle dingen draagt door het woord Zijner kracht, nadat Hij de reinigmaking onzer zonden door Zichzelven te weeg gebracht heeft, is gezeten aan de rechter[hand] der Majesteit in de hoogste [hemelen];
Hebreeen 11:40Alzo God wat beters over ons voorzien had, opdat zij zonder ons niet zouden volmaakt worden.
1 Petrus 1:12Denwelken geopenbaard is, dat zij niet zichzelven, maar ons bedienden deze dingen, die u nu aangediend zijn bij degenen, die u het Evangelie verkondigd hebben door den Heilige Geest, Die van den hemel gezonden is; in welke dingen de engelen begerig zijn in te zien.
1 Petrus 1:13Daarom opschortende de lenden uws verstands, [en] nuchteren zijnde, hoopt volkomenlijk op de genade, die u toegebracht wordt in de openbaring van Jezus Christus.
2 Petrus 2:22Maar hun is overkomen, hetgeen met een waar spreekwoord [gezegd wordt]: De hond is wedergekeerd tot zijn eigen uitbraaksel; en de gewassen zeug tot de wenteling in het slijk.

Mede mogelijk dankzij

TuinTuin