G5704

Bijbelteksten

Openbaring 10:9En ik ging henen tot den engel, zeggende tot hem: Geef mij dat boeksken. En hij zeide tot mij: Neem dat en eet het op; en het zal uw buik bitter maken, maar in uw mond zal het zoet zijn als honig.
Openbaring 17:8Het beest, dat gij gezien hebt, was en is niet; en het zal opkomen uit den afgrond, en ten verderve gaan; en die op de aarde wonen, zullen verwonderd zijn (welker namen niet zijn geschreven in het boek des levens van de grondlegging der wereld), ziende het beest, dat was en niet is, hoewel het is.
Openbaring 20:6Zalig en heilig is hij, die deel heeft in de eerste opstanding; over deze heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en Christus zijn, en zij zullen met Hem als koningen heersen duizend jaren.
Openbaring 21:3En ik hoorde een grote stem uit den hemel, zeggende: Ziet, de tabernakel Gods is bij de mensen, en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen [en] hun God zijn.
Openbaring 21:4En God zal alle tranen van hun ogen afwissen; en de dood zal niet meer zijn; noch rouw, noch gekrijt, noch moeite zal meer zijn; want de eerste dingen zijn weggegaan.
Openbaring 21:7Die overwint, zal alles beerven; en Ik zal hem een God zijn, en hij zal Mij een zoon zijn.
Openbaring 21:25En haar poorten zullen niet gesloten worden des daags; want aldaar zal geen nacht zijn.
Openbaring 22:3En geen vervloeking zal er meer tegen [iemand] zijn; en de troon Gods en des Lams zal daarin zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen;
Openbaring 22:5En aldaar zal geen nacht zijn, en zij zullen geen kaars noch licht der zon van node hebben; want de Heere God verlicht hen; en zij zullen als koningen heersen in alle eeuwigheid.
Openbaring 22:12En zie, Ik kom haastelijk; en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn.
Openbaring 22:14Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech