H481 אָלַם
verstommen, stom, binden, stom worden, stom zijn, verstomd
Genesis 37:7 | En ziet, wij waren schoven bindende in het midden des velds; en ziet, mijn schoof stond op, en bleef ook staande; en ziet, uw schoven kwamen rondom, en bogen zich neder voor mijn schoof. |
Psalm 31:19 | Laat de valse lippen stom worden, die hard spreken tegen den rechtvaardige, in hoogmoed en verachting. |
Psalm 39:3 | Ik was verstomd [door] stilzwijgen, ik zweeg van het goede; maar mijn smart werd verzwaard. |
Psalm 39:10 | Ik ben verstomd, ik zal mijn mond niet opendoen, want Gij hebt het gedaan. |
Jesaja 53:7 | [Als] dezelve geeist werd, toen werd Hij verdrukt; doch Hij deed Zijn mond niet open; als een lam werd Hij ter slachting geleid, en als een schaap, dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders, alzo deed Hij Zijn mond niet open. |
Ezechiel 3:26 | En Ik zal uw tong aan uw gehemelte doen kleven, dat gij stom worden zult, en zult hun niet zijn tot een bestraffenden man; want zij zijn een wederspannig huis. |
Ezechiel 24:27 | Ten zelven dage zal uw mond bij dien, die ontkomen is, opengedaan worden, en gij zult spreken, en niet meer stom zijn; alzo zult gij hun tot een wonderteken zijn, en zij zullen weten, dat Ik de HEERE ben. |
Ezechiel 33:22 | Nu was de hand des HEEREN op mij geweest des avonds, eer die ontkomene kwam, en had mijn mond opengedaan, totdat hij des morgens tot mij kwam. Alzo werd mijn mond opengedaan, en ik was niet meer stom. |
Daniel 10:15 | En toen Hij deze woorden met mij sprak, sloeg ik mijn aangezicht ter aarde, en ik werd stom. |