H571 אֶמֶת
waarachtig, waarheid, waar, betrouwbaar, waar(teken), trouwelijk, bestendig, trouw
Psalm 91:4 | Hij zal u dekken met Zijn vlerken, en onder Zijn vleugelen zult gij betrouwen; Zijn waarheid is een rondas en beukelaar. |
Psalm 108:5 | Want Uw goedertierenheid is groot tot boven de hemelen, en Uw waarheid tot aan de bovenste wolken. |
Psalm 111:7 | [Mem.] De werken Zijner handen zijn waarheid en oordeel; [Nun.] al Zijn bevelen zijn getrouw. |
Psalm 111:8 | [Samech.] Zij zijn ondersteund voor altoos en in eeuwigheid; [Ain.] zijnde gedaan in waarheid en oprechtigheid. |
Psalm 115:1 | Niet ons, o HEERE! niet ons, maar Uw Naam geef eer, om Uwer goedertierenheid, om Uwer waarheid wil. |
Psalm 117:2 | Want Zijn goedertierenheid is geweldig over ons, en de waarheid des HEEREN is in der eeuwigheid! Hallelujah! |
Psalm 119:43 | En ruk het woord der waarheid van mijn mond niet al te zeer, want ik hoop op Uw rechten. |
Psalm 119:142 | Uw gerechtigheid is gerechtigheid in eeuwigheid, en Uw wet is de waarheid. |
Psalm 119:151 | [Maar] Gij, HEERE! zijt nabij, en al Uw geboden zijn waarheid. |
Psalm 119:160 | Het begin Uws woords is waarheid, en in der eeuwigheid is al het recht Uwer gerechtigheid. |
Psalm 132:11 | De HEERE heeft David de waarheid gezworen, waarvan Hij niet wijken zal, [zeggende:] Van de vrucht uws buiks zal Ik op uw troon zetten. |
Psalm 138:2 | Ik zal mij nederbuigen naar het paleis Uwer heiligheid, en ik zal Uw Naam loven, om Uw goedertierenheid en om Uw waarheid; want Gij hebt vanwege Uw gansen Naam Uw woord groot gemaakt. |
Psalm 145:18 | [Koph.] De HEERE is nabij allen, die Hem aanroepen, allen, die Hem aanroepen in der waarheid. |
Psalm 146:6 | Die den hemel en de aarde gemaakt heeft, de zee en al wat in dezelve is; Die trouwe houdt in der eeuwigheid. |
Spreuken 3:3 | Dat de goedertierenheid en de trouw u niet verlaten; bind ze aan uw hals, schrijf zij op de tafel uws harten. |
Spreuken 8:7 | Want Mijn gehemelte zal de waarheid bedachtelijk uitspreken, en de goddeloosheid is Mijn lippen een gruwel. |
Spreuken 11:18 | De goddeloze doet een vals werk; maar [voor] degene, die gerechtigheid zaait, is trouwe loon. |
Spreuken 12:19 | Een waarachtige lip zal bevestigd worden in eeuwigheid; maar een valse tong is [maar] voor een ogenblik. |
Spreuken 14:22 | Dwalen zij niet, die kwaad stichten? Maar weldadigheid en trouw is voor degenen, die goed stichten. |
Spreuken 14:25 | Een waarachtig getuige redt de zielen; maar die leugens blaast, is een bedrieger. |