H660 אֶפְעֶה
adder, slang, slange-, basilisk

Bijbelteksten

Job 20:16Het vergif der adderen zal hij zuigen; de tong der slang zal hem doden.
Jesaja 30:6De last der beesten, van het zuiden, naar het land des angstes, en der benauwdheid, van waar de sterke leeuw en de oude leeuw is, de basilisk en de vurige vliegende draak; hun goederen zullen zij voeren op den rug der veulens, en hun schatten op de bulten der kemelen, tot het volk, [dat hun] geen nut doen zal.
Jesaja 59:5Zij broeden basiliskus-eieren uit, en zij weven spinnewebben; die van hun eieren eet, moet sterven, en als het in stukken gedrukt wordt, er berst een adder uit.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel