H1270 בַּרְזֶל
de ijzers, ijzersmeden, ijzeren, ijzeroven, ijzeren , de, ijzer
Job 20:24 | Hij zij gevloden van de ijzeren wapenen, de stalen boog zal hem doorschieten. |
Job 28:2 | Het ijzer wordt uit stof genomen, en [uit] steen wordt koper gegoten. |
Job 40:13 | Zijn beenderen zijn [als] vast koper; zijn gebeenten zijn als ijzeren handbomen. |
Job 41:18 | Hij acht het ijzer voor stro, en het staal voor verrot hout. |
Psalm 2:9 | Gij zult hen verpletteren met een ijzeren scepter; Gij zult hen in stukken slaan als een pottenbakkersvat. |
Psalm 105:18 | Men drukte zijn voeten in den stok; zijn persoon kwam [in] de ijzers. |
Psalm 107:10 | Die in duisternis en de schaduw des doods zaten, gebonden met verdrukking en ijzer; |
Psalm 107:16 | Want Hij heeft de koperen deuren gebroken, en de ijzeren grendelen in stukken gehouwen. |
Psalm 149:8 | Om hun koningen te binden met ketenen, en hun achtbaren met ijzeren boeien; |
Spreuken 27:17 | Ijzer scherpt men met ijzer; alzo scherpt een man het aangezicht zijns naasten. |
Prediker 10:10 | Indien hij het ijzer heeft stomp gemaakt, en hij slijpt de snede niet, dan moet hij meerder kracht te werk stellen; maar de wijsheid is een uitnemende zaak, om [iets] recht te maken. |
Jesaja 10:34 | En Hij zal met ijzer de verwarde struiken des wouds omhouwen; en de Libanon zal vallen door den Heerlijke. |
Jesaja 44:12 | De ijzersmid [maakt] een bijl, en werkt in den gloed, en formeert het met hamers, en werkt het met zijn sterken arm; ook lijdt hij honger, totdat hij krachteloos wordt, hij drinkt geen water, totdat hij amechtig wordt. |
Jesaja 45:2 | Ik zal voor uw aangezicht gaan, en Ik zal de kromme wegen recht maken; de koperen deuren zal Ik verbreken, en de ijzeren grendelen zal Ik in stukken slaan. |
Jesaja 48:4 | Omdat Ik wist, dat gij hard zijt, en uw nek een ijzeren zenuw is, en uw voorhoofd koper; |
Jesaja 60:17 | Voor koper zal Ik goud brengen, en voor ijzer zal Ik zilver brengen, en voor hout koper, en voor stenen ijzer; en zal uw opzieners vreedzaam maken, en uw drijvers rechtvaardigen. |
Jeremia 1:18 | Want zie, Ik stel u heden tot een vaste stad, en tot een ijzeren pilaar, en tot koperen muren tegen het ganse land; tegen de koningen van Juda, tegen haar vorsten, tegen haar priesteren, en tegen het volk van het land. |
Jeremia 6:28 | Zij zijn allen de afvalligsten der afvalligen, wandelende [in] achterklap; zij zijn koper en ijzer; zij zijn altemaal verdervers. |
Jeremia 11:4 | Dat Ik uw vaderen geboden heb, ten dage als Ik hen uit Egypteland, uit den ijzeroven, uitvoerde, zeggende: Zijt Mijner stem gehoorzaam, en doet dezelve, naar alles wat Ik ulieden gebiede; zo zult gij Mij tot een volk zijn, en Ik zal u tot een God zijn; |
Jeremia 15:12 | Zal ook [enig] ijzer het ijzer van het noorden of koper verbreken? |