H1323 בַּת
dochter, meisje, schoondochter, zuster, kleindochter, vrouw (jonge), dochter-dorp
Nehemia 10:28 | En het overige des volks, de priesteren, de Levieten, de poortiers, de zangers, de Nethinim, en al wie zich van de volken der landen had afgescheiden tot Gods wet, hun vrouwen, hun zonen en hun dochteren, al wie wetenschap [en] verstand had; |
Nehemia 10:30 | En dat wij onze dochteren niet zouden geven aan de volken des lands, noch hun dochteren nemen voor onze zonen. |
Nehemia 11:25 | In de dorpen nu op hun akkers woonden [sommigen] van de kinderen van Juda, in Kirjath-arba en haar onderhorige plaatsen, en in Dibon en haar onderhorige plaatsen, en in Jekabzeel en haar dorpen; |
Nehemia 11:27 | En te Hazar-sual, en in Ber-seba, en haar onderhorige plaatsen, |
Nehemia 11:28 | En te Ziklag, en in Mechona en haar onderhorige plaatsen, |
Nehemia 11:30 | Zanoah, Adullam en haar dorpen, Lachis en haar akkers, Azeka en haar onderhorige plaatsen; en zij legerden zich van Ber-seba af tot aan het dal Hinnom. |
Nehemia 11:31 | De kinderen van Benjamin nu van Geba [woonden] in Michmas, en Aja, en Beth-el, en haar onderhorige plaatsen, |
Nehemia 13:25 | Zo twistte ik met hen, en vloekte hen, en sloeg [sommige] mannen van hen, en plukte hun het haar uit; en ik deed hen zweren bij God: Indien gij uw dochteren hun zonen zult geven, en indien gij van hun dochteren voor uw zonen of voor u zult nemen! |
Esther 2:7 | En hij was het, die opvoedde Hadassa (deze is Esther, de dochter zijns ooms); want zij had geen vader noch moeder; en zij was een jonge dochter, schoon van gedaante, en schoon van aangezicht; en als haar vader en haar moeder stierven, had Mordechai ze zich tot een dochter aangenomen. |
Esther 2:15 | Als de beurt van Esther, de dochter van Abichail, den oom van Mordechai, (die hij zich ter dochter genomen had) naakte, dat zij tot den koning komen zou, begeerde zij niet met al, dan wat Hegai, des konings kamerling, de bewaarder der vrouwen, zeide; en Esther verkreeg genade in de ogen van allen, die haar zagen. |
Esther 9:29 | Daarna schreef de koningin Esther, de dochter van Abichail, en Mordechai, de Jood, met alle macht, om dezen brief van Purim ten tweeden male te bevestigen. |
Job 1:2 | En hem werden zeven zonen en drie dochteren geboren. |
Job 1:13 | Er was nu een dag, als zijn zonen en zijn dochteren aten, en wijn dronken in het huis van hun broeder, den eerstgeborene. |
Job 1:18 | Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: Uw zonen en uw dochteren aten, en dronken wijn, in het huis van hun broeder, den eerstgeborene; |
Job 30:29 | Ik ben den draken een broeder geworden, en een metgezel der jonge struisen. |
Job 42:13 | Daartoe had hij zeven zonen en drie dochteren. |
Job 42:15 | En er werden zo schone vrouwen niet gevonden in het ganse land, als de dochteren van Job; en haar vader gaf haar erfdeel onder haar broederen. |
Psalm 9:15 | Opdat ik Uw gansen lof in de poorten der dochter van Sion vertelle, dat ik mij verheuge in Uw heil. |
Psalm 17:8 | Bewaar mij als het zwart des oogappels, verberg mij onder de schaduw Uwer vleugelen, |
Psalm 45:10 | Dochters van koningen zijn onder Uw kostelijke [staatsdochteren]; de Koningin staat aan Uw rechterhand, in het fijnste goud van Ofir. |