H1875 דָּרַשׁ
vragen, raadplegen, onderzoeken, ondervragen, zoeken, bezoeken, vragen, eisen

Bijbelteksten

Job 10:6Dat Gij onderzoekt naar mijn ongerechtigheid, en naar mijn zonde verneemt?
Job 39:11Dat hij uitspeurt op de bergen, is zijn weide; en hij zoekt allerlei groensel na.
Psalm 9:11En die Uw Naam kennen, zullen op U vertrouwen, omdat Gij, HEERE, niet hebt verlaten degenen, die U zoeken.
Psalm 9:13Want Hij zoekt de bloedstortingen, Hij gedenkt derzelve; Hij vergeet het geroep der ellendigen niet.
Psalm 10:4De goddeloze, gelijk hij zijn neus omhoog steekt, onderzoekt niet; al zijn gedachten zijn, dat er geen God is.
Psalm 10:13Waarom lastert de goddeloze God? zegt in zijn hart: Gij zult het niet zoeken?
Psalm 10:15Breek den arm des goddelozen en bozen; zoek zijn goddeloosheid, [totdat] Gij haar niet vindt.
Psalm 14:2De HEERE heeft uit den hemel nedergezien op de mensenkinderen, om te zien, of iemand verstandig ware, die God zocht.
Psalm 22:27De zachtmoedigen zullen eten en verzadigd worden; zij zullen den HEERE prijzen, die Hem zoeken; ulieder hart zal in eeuwigheid leven.
Psalm 24:6Dat is het geslacht dergenen, die naar Hem vragen, die Uw aangezicht zoeken, [dat] is Jakob! Sela.
Psalm 34:5[Daleth.] Ik heb den HEERE gezocht, en Hij heeft mij geantwoord, en mij uit al mijn vrezen gered.
Psalm 34:11[Caph.] De jonge leeuwen lijden armoede, en hongeren; maar die den HEERE zoeken, hebben geen gebrek aan enig goed.
Psalm 38:13En die mijn ziel zoeken, leggen [mij] strikken; en die mijn kwaad zoeken, spreken verdervingen, en zij overdenken den gansen dag listen.
Psalm 53:3God heeft van den hemel nedergezien op de mensenkinderen, om te zien, of iemand verstandig ware, die God zocht.
Psalm 69:33De zachtmoedigen, dit gezien hebbende, zullen zich verblijden; en gij, die God zoekt, ulieder hart zal leven.
Psalm 77:3Ten dage mijner benauwdheid zocht ik den Heere; mijn hand was des nachts uitgestrekt, en liet niet af; mijn ziel weigerde getroost te worden.
Psalm 78:34Als Hij hen doodde, zo vraagden zij naar Hem, en keerden weder, en zochten God vroeg;
Psalm 105:4Vraagt naar den HEERE en Zijn sterkte; zoekt Zijn aangezicht geduriglijk.
Psalm 109:10En dat zijn kinderen hier en daar omzwerven, en bedelen, en [de nooddruft] uit hun verwoeste plaatsen zoeken.
Psalm 111:2[Gimel.] De werken des HEEREN zijn groot; [Daleth.] zij worden gezocht van allen, die er lust in hebben.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken