H1877 דֶּשֶׁא
jong gras, grasscheuten, grazige, groen gras, gras, tedere gras, grasscheutjes, jong groen

Bijbelteksten

Genesis 1:11En God zeide: Dat de aarde uitschiete grasscheutjes, kruid zaadzaaiende, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijn aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzo.
Genesis 1:12En de aarde bracht voort grasscheutjes, kruid zaadzaaiende naar zijn aard, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.
Deuteronomium 32:2Mijn leer druipe als een regen, mijn rede vloeie als een dauw; als een stofregen op de grasscheutjes, en als druppelen op het kruid.
2 Samuel 23:4En Hij zal zijn gelijk het licht des morgens, [wanneer] de zon opgaat, des morgens zonder wolken, [wanneer] van den glans na den regen de grasscheutjes uit de aarde [voortkomen].
2 Koningen 19:26Daarom waren haar inwoners handeloos; zij waren verslagen en beschaamd; zij waren [als] het gras des velds, en de groene grasscheutjes, het hooi der daken, en het brandkoren, eer het over einde staat.
Job 6:5Rochelt ook de woudezel bij het jonge gras? Loeit de os bij zijn voeder?
Job 38:27Om het woeste en het verwoeste te verzadigen, en om het uitspruitsel der grasscheutjes te doen wassen.
Psalm 23:2Hij doet mij nederliggen in grazige weiden; Hij voert mij zachtjes aan zeer stille wateren.
Psalm 37:2Want als gras zullen zij haast worden afgesneden, en als de groene grasscheutjes zullen zij afvallen.
Spreuken 27:25Als het gras zich openbaart, en de grasscheuten gezien worden, laat de kruiden der bergen verzameld worden.
Jesaja 15:6Want de wateren van Nimrim zullen enkel verwoesting wezen; want het gras is verdord, het tedere gras is vergaan, er is geen groente.
Jesaja 37:27Daarom waren haar inwoners handeloos, zij waren verslagen en beschaamd; zij waren [als] het gras des velds en de groene grasscheutjes, [als] het hooi der daken, en het brandkoren, eer het overeind staat.
Jesaja 66:14En gij zult [het] zien, en uw hart zal vrolijk zijn, en uw beenderen zullen groenen als het tedere gras; dan zal de hand des HEEREN bekend worden aan Zijn knechten, en Hij zal Zijn vijanden gram worden.
Jeremia 14:5Want ook de hinden in het veld werpen jongen, en verlaten [die], omdat er geen jong gras is.
Jeremia 50:11Omdat gij u verblijd hebt, omdat gij van vreugde hebt opgesprongen, gij plunderaars Mijner erfenis! omdat gij geil geworden zijt als een grazige vaars, [en] hebt gebriest als de sterke [paarden];

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken