H3553 כּוֹבַע
helm

Bijbelteksten

1 Samuel 17:5En hij had een koperen helm op zijn hoofd, en hij had een schubachtig pantsier aan; en het gewicht van het pantsier was vijf duizend sikkelen kopers;
2 Kronieken 26:14En Uzzia bereidde voor hen, voor het ganse heir, schilden, en spiesen, en helmen, en pantsieren, en bogen, zelfs tot de slingerstenen toe.
Jesaja 59:17Want Hij trok gerechtigheid aan als een pantser, en den helm des heils [zette Hij] op Zijn hoofd, en de klederen der wraak trok Hij aan [tot] kleding, en Hij deed den ijver aan als een mantel.
Jeremia 46:4Spant de paarden aan en klimt op, gij ruiters! en stelt u met helmen; vaagt de spiesen, trekt de pantsiers aan!
Ezechiel 27:10Perzen, en Lydiers, en Puteers waren in uw heir, uw krijgslieden; schild en helm hingen zij in u op, die maakten uw sieraad.
Ezechiel 38:5Perzen, Moren en Puteers met hen, die altemaal schild en helm [voeren];

Mede mogelijk dankzij