H4057 מִדְבָּר
woestijn, wildernis, stem, spraak

Bijbelteksten

Nehemia 9:21Alzo hebt Gij hen veertig jaren onderhouden in de woestijn; zij hebben geen gebrek gehad; hun klederen zijn niet veroud, en hun voeten niet gezwollen.
Job 1:19En zie, een grote wind kwam van over de woestijn, en stiet aan de vier hoeken van het huis, en het viel op de jongelingen, dat ze stierven; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.
Job 24:5Ziet, zij zijn woudezels in de woestijn; zij gaan uit tot hun werk, makende zich vroeg op ten roof; het vlakke veld is hem tot spijs, [en] den jongeren.
Job 38:26Om te regenen op het land, [waar] niemand is, [op] de woestijn, waarin geen mens is;
Psalm 29:8De stem des HEEREN doet de woestijn beven; de HEERE doet de woestijn Kades beven.
Psalm 55:8Ziet, ik zou ver wegzwerven, ik zou vernachten in de woestijn. Sela.
Psalm 63:1Een psalm van David, als hij was in de woestijn van Juda.
Psalm 65:13Zij bedruipen de weiden der woestijn; en de heuvelen zijn aangegord met verheuging.
Psalm 75:7Want het verhogen [komt] niet uit het oosten, noch uit het westen, noch uit de woestijn;
Psalm 78:15Hij kliefde de rotsstenen in de woestijn, en drenkte hen overvloedig, als [uit] afgronden.
Psalm 78:19En zij spraken tegen God, zij zeiden: Zou God een tafel kunnen toerichten in de woestijn?
Psalm 78:40Hoe dikwijls verbitterden zij Hem in de woestijn, deden Hem smart aan in de wildernis!
Psalm 78:52En Hij voerde Zijn volk als schapen, en leidde hen, als een kudde, in de woestijn.
Psalm 95:8Verhardt uw hart niet, gelijk te Meriba, gelijk ten dage van Massa in de woestijn;
Psalm 102:7Ik ben een roerdomp der woestijn gelijk geworden, ik ben geworden als een steenuil der wildernissen.
Psalm 106:9En Hij schold de Schelfzee, zodat zij verdroogde, en Hij deed hen wandelen door de afgronden, als [door] een woestijn.
Psalm 106:14Maar zij werden belust met lust in de woestijn, en zij verzochten God in de wildernis.
Psalm 106:26Dies hief Hij tegen hen Zijn hand op, [zwerende] dat Hij hen nedervellen zou in de woestijn;
Psalm 107:4Die in de woestijn dwaalden, in een weg der wildernis, die geen stad ter woning vonden;
Psalm 107:33Hij stelt de rivieren tot een woestijn, en watertochten tot een dorstig [land].

Mede mogelijk dankzij