Jozua 15:55 | Maon, Karmel, en Zif, en Juta, |
Richteren 10:12 | En de Sidoniers, en Amalekieten, en Maonieten, [die] u onderdrukten, toen gij tot Mij riept, alsdan uit hun hand verlost? |
1 Samuel 23:24 | Toen maakten zij zich op, en zij gingen naar Zif voor het aangezicht van Saul. David nu en zijn mannen waren in de woestijn van Maon, in het vlakke veld, aan de rechterhand der wildernis. |
1 Samuel 23:25 | Saul en zijn mannen gingen ook om te zoeken. Dat werd David geboodschapt, die van dien rotssteen afgegaan was, en bleef in de woestijn van Maon. Toen Saul dat hoorde, jaagde hij David na in de woestijn van Maon. |
1 Samuel 25:2 | En er was een man te Maon, en zijn bedrijf was te Karmel; en die man was zeer groot, en hij had drie duizend schapen, en duizend geiten; en hij was in het scheren zijner schapen te Karmel. |
1 Kronieken 2:45 | De kinderen van Sammai nu waren Maon; en Maon was de vader van Beth-zur. |