H5532 סָכַן
ever, advantage, acquaint, profitable, cherish
Numeri 22:30 | De ezelin nu zeide tot Bileam: Ben ik niet uw ezelin, op welke gij gereden hebt van toen af, dat gij [mijn heer] geweest zijt, tot op dezen dag? Ben ik ooit gewend geweest u alzo te doen? Hij dan zeide: Neen! |
1 Koningen 1:2 | Toen zeiden zijn knechten tot hem: Laat ze mijn heer den koning een jonge dochter, een maagd zoeken, die voor het aangezicht des konings sta, en hem koestere; en zij slape in uw schoot, dat mijn heer de koning warm worde. |
1 Koningen 1:4 | En de jonge dochter was bovenmate schoon, en koesterde den koning, en diende hem; doch de koning bekende ze niet. |
Job 15:3 | Bestraffende door woorden, [die] niet baten, en door redenen, met dewelke hij geen voordeel doet? |
Job 22:2 | Zal ook een man Gode voordelig zijn? Maar voor zichzelven zal de verstandige voordelig zijn. |
Job 22:21 | Gewen u toch aan Hem, en heb vrede; daardoor zal u het goede overkomen. |
Job 34:9 | Want hij heeft gezegd: Het baat een man niet, als hij welbehagen heeft aan God. |
Job 35:3 | Want gij hebt gezegd: Wat zou zij u baten? Wat meer voordeel zal ik [daarmede] doen, dan met mijn zonde? |
Psalm 139:3 | Gij omringt mijn gaan en mijn liggen; en Gij zijt al mijn wegen gewend. |
Jesaja 22:15 | Alzo zegt de Heere, de HEERE der heirscharen: Ga heen, ga in tot dien schatmeester, tot Sebna, den hofmeester, [en spreek:] |