H5826 עָזַר
holpen, variant, help, helper, succour

Bijbelteksten

Job 30:13Zij breken mijn pad af, zij bevorderen mijn ellende; zij hebben geen helper [van doen].
Psalm 10:14Gij ziet het [immers]; want Gij aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geve; op U verlaat zich de arme, Gij zijt geweest een Helper van den wees.
Psalm 22:12Zo wees niet verre van mij, want benauwdheid is nabij; want er is geen helper.
Psalm 28:7De HEERE is mijn Sterkte en mijn Schild; op Hem heeft mijn hart vertrouwd, en ik ben geholpen; dies springt mijn hart van vreugde, en ik zal Hem met mijn gezang loven.
Psalm 30:11Hoor, HEERE! en wees mij genadig; HEERE! wees mij een Helper.
Psalm 37:40En de HEERE zal hen helpen, en zal hen bevrijden; Hij zal ze bevrijden van de goddelozen, en zal ze behouden; want zij betrouwen op Hem.
Psalm 46:6God is in het midden van haar, zij zal niet wankelen; God zal haar helpen in het aanbreken van den morgenstond.
Psalm 54:6Ziet, God is mij een Helper; de Heere is onder degenen, die mijn ziel ondersteunen.
Psalm 72:12Want hij zal den nooddruftige redden, die daar roept, mitsgaders den ellendige, en die geen helper heeft.
Psalm 79:9Help ons, o God onzes heils! ter oorzake van de eer Uws Naams; en red ons, en doe verzoening over onze zonden, om Uws Naams wil.
Psalm 86:17Doe aan mij een teken ten goede, opdat het mijn haters zien, en beschaamd worden, als Gij, HEERE! mij geholpen, en mij getroost zult hebben.
Psalm 107:12Waarom Hij hun het hart door zwarigheid vernederd heeft; zij zijn gestruikeld, en er was geen helper.
Psalm 109:26Help mij, HEERE, mijn God! verlos mij naar Uw goedertierenheid.
Psalm 118:7De HEERE is bij mij onder degenen, die mij helpen; daarom zal ik [mijn lust] zien aan degenen, die mij haten.
Psalm 118:13Gij hadt mij zeer hard gestoten, tot vallens toe, maar de HEERE heeft mij geholpen.
Psalm 119:86Al Uw geboden zijn waarheid; zij vervolgen mij met leugen, help mij.
Psalm 119:173Laat Uw hand mij te hulp komen, want ik heb Uw bevelen verkoren.
Psalm 119:175Laat mijn ziel leven, en zij zal U loven, en laat Uw rechten mij helpen.
Jesaja 30:7Want Egypte zal ijdellijk en te vergeefs helpen; daarom heb Ik hierover geroepen; Stilzitten zal hun sterkte zijn.
Jesaja 31:3Want de Egyptenaren zijn mensen, en geen God, en hun paarden zijn vlees, en geen geest; en de HEERE zal Zijn hand uitstrekken, dat de helper struikelen zal, en die geholpen wordt, zal nedervallen, en zij zullen al te zamen te niet komen.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs