2 Kronieken 27:3 | Dezelve bouwde de hoge poorten aan het huis des HEEREN; hij bouwde ook veel aan den muur van Ofel. |
2 Kronieken 33:14 | En na dezen bouwde hij den buitenmuur aan de stad Davids, aan de westzijde van Gihon in het dal, en tot den ingang van de Vispoort, en omsingelde Ofel, en verhief dien zeer; hij legde ook krijgsoversten in alle vaste steden in Juda. |
Nehemia 3:26 | De Nethinim nu, [die] in Ofel woonden, tot tegenover de Waterpoort aan het oosten, en den uitstekenden toren. |
Nehemia 3:27 | Daarna verbeterden de Thekoieten een andere maat; tegenover den groten uitstekenden toren, en tot aan den muur van Ofel. |
Nehemia 11:21 | En de Nethinim woonden in Ofel; en Ziha en Gispa waren over de Nethinim. |