Genesis 3:1 | De slang nu was listiger dan al het gedierte des velds, hetwelk de HEERE God gemaakt had; en zij zeide tot de vrouw: Is het ook, dat God gezegd heeft: Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs? |
Job 5:12 | Hij maakt te niet de gedachten der arglistigen; dat hun handen niet een ding uitrichten. |
Job 15:5 | Want uw mond leert uw ongerechtigheid, en gij hebt de tong der arglistigen verkoren. |
Spreuken 12:16 | De toorn des dwazen wordt ten zelven dage bekend; maar die kloekzinnig is, bedekt de schande. |
Spreuken 12:23 | Een kloekzinnig mens bedekt de wetenschap; maar het hart der zotten roept dwaasheid uit. |
Spreuken 13:16 | Al wie kloekzinnig is, handelt met wetenschap; maar een zot breidt dwaasheid uit. |
Spreuken 14:8 | De wijsheid des kloekzinnigen is zijn weg te verstaan; maar dwaasheid der zotten is bedriegerij. |
Spreuken 14:15 | De slechte gelooft alle woord; maar de kloekzinnige merkt op zijn gang. |
Spreuken 14:18 | De slechten erven dwaasheid; maar de kloekzinnigen zullen zich met wetenschap kronen. |
Spreuken 22:3 | Een kloekzinnig mens ziet het kwaad, en verbergt zich; maar de slechten gaan henen door, en worden gestraft. |
Spreuken 27:12 | De kloekzinnige ziet het kwaad, [en] verbergt zich; de slechten gaan henen door, [en] worden gestraft. |