2 Samuel 17:9 | Zie, nu heeft hij zich verstoken in een der holen, of in een der plaatsen. En het zal geschieden, als er in het eerst [sommigen] onder hen vallen, dat een ieder, die het zal horen, alsdan zal zeggen: Er is een slag geschied onder het volk, dat Absalom navolgt. |
2 Samuel 18:17 | En zij namen Absalom, en wierpen hem in het woud, in een groten kuil, en stelden op hem een zeer groten steenhoop; en gans Israel vluchtte, een iegelijk naar zijn tent. |
Jesaja 24:17 | De vrees, en de kuil, en de strik over u, o inwoners des lands! |
Jesaja 24:18 | En het zal geschieden, zo wie voor de stem der vreze vlieden zal, die zal in den kuil vallen; en die uit den kuil opklimt, die zal in den strik gevangen worden; want de sluizen in de hoogte zijn opengedaan, en de fondamenten der aarde zullen beven. |
Jeremia 48:28 | Verlaat de steden, en woont in de steenrots, gij inwoners van Moab! en wordt gelijk een duif, die in de doorgangen van den mond eens hols nestelt. |
Jeremia 48:43 | De vreze, en de kuil, en de strik, over u, gij inwoner van Moab! spreekt de HEERE. |
Jeremia 48:44 | Die van de vreze ontvliedt, zal in den kuil vallen, en die uit den kuil opkomt, zal in den strik gevangen worden; want Ik zal over haar, over Moab, het jaar van hunlieder bezoeking brengen, spreekt de HEERE. |
Klaagliederen 3:47 | [Pe.] De vreze en de kuil zijn over ons gekomen, de verwoesting en de verbreking. |