Leviticus 26:16 | Dit zal Ik u ook doen, dat Ik over u stellen zal verschrikking, tering en koorts, die de ogen verteren en de ziel pijnigen; gij zult ook uw zaad te vergeefs zaaien, en uw vijanden zullen dat opeten. |
Numeri 1:3 | Van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire in Israël uittrekken; die zult gij tellen naar hun heiren, gij en Aaron. |
Numeri 1:19 | Gelijk als de HEERE Mozes geboden had, zo heeft hij hen geteld in de woestijn van Sinai. |
Numeri 1:21 | Hun getelden van den stam van Ruben waren zes en veertig duizend en vijfhonderd. |
Numeri 1:22 | Van de zonen van Simeon, hun geboorten, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, zijn getelden, in het getal der namen, hoofd voor hoofd, al wat mannelijk was, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire uittrokken; |
Numeri 1:23 | Hun getelden van den stam van Simeon waren negen en vijftig duizend en driehonderd. |
Numeri 1:25 | Waren hun getelden van den stam van Gad vijf en veertig duizend zeshonderd en vijftig. |
Numeri 1:27 | Waren hun getelden van den stam van Juda vier en zeventig duizend en zeshonderd. |
Numeri 1:29 | Waren hun getelden van den stam van Issaschar vier en vijftig duizend en vierhonderd. |
Numeri 1:31 | Waren hun getelden van den stam van Zebulon zeven en vijftig duizend en vierhonderd. |
Numeri 1:33 | Waren hun getelden van den stam van Efraim veertig duizend en vijfhonderd; |
Numeri 1:35 | Waren hun getelden van den stam van Manasse twee en dertig duizend en tweehonderd. |
Numeri 1:37 | Waren hun getelden van den stam van Benjamin vijf en dertig duizend en vierhonderd. |
Numeri 1:39 | Waren hun getelden van den stam van Dan twee en zestig duizend en zevenhonderd. |
Numeri 1:41 | Waren hun getelden van den stam van Aser een en veertig duizend en vijfhonderd. |
Numeri 1:43 | Waren hun getelden van den stam van Nafthali drie en vijftig duizend en vierhonderd. |
Numeri 1:44 | Dezen zijn de getelden, welke Mozes geteld heeft, en Aaron, en de oversten van Israel; twaalf mannen waren zij, elk over het huis zijner vaderen. |
Numeri 1:45 | Alzo waren al de getelden der zonen van Israel, naar het huis hunner vaderen, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die in Israel ten heire uittrokken, |
Numeri 1:46 | Al de getelden dan waren zeshonderd drie duizend vijfhonderd en vijftig. |
Numeri 1:47 | Maar de Levieten, naar den stam hunner vaderen, werden onder hen niet geteld. |