Deuteronomium 32:24 | Uitgeteerd zullen zij zijn van honger, opgegeten van den karbonkel en bitter verderf; en Ik zal de tanden der beesten onder hen schikken, met vurig venijn van slangen des stofs. |
Psalm 91:6 | Voor de pestilentie, die in de donkerheid wandelt; voor het verderf, dat op den middag verwoest. |
Jesaja 28:2 | Ziet, de Heere heeft een sterke en machtige, er is gelijk een hagelvloed, een poort des verderfs; gelijk een vloed der sterke wateren; die overvloeien, zal Hij ze ter aarde nederwerpen met de hand. |