H7416 רִמּוֹן
granaatappel

Bijbelteksten

Hooglied 8:2Ik zou U leiden, ik zou U brengen in mijner moeders huis, Gij zoudt mij leren; ik zou U van specerijwijn te drinken geven, en van het sap van mijn granaatappelen.
Jeremia 52:22En het kapiteel daarop was koper, en de hoogte des enen kapiteels was vijf ellen, en een net, en granaatappelen op het kapiteel rondom, alles koper; en dezen gelijk had de andere pilaar, met granaatappelen.
Jeremia 52:23En de granaatappelen waren zes en negentig, [gezet] naar den wind; alle granaatappelen waren honderd, over het net rondom.
Joel 1:12De wijnstok is verdord, de vijgeboom is flauw; de granaatappelboom, ook de palmboom en appelboom; alle bomen des velds zijn verdord; ja de vrolijkheid is verdord van de mensenkinderen.
Haggai 2:20Is er nog zaad in de schuur? Zelfs tot den wijnstok, en den vijgeboom, en den granaatappelboom, en den olijfboom, [die] niet gedragen heeft, [die] zal Ik van dezen dag af zegenen.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs