Deuteronomium 12:2 | Gij zult ganselijk vernielen al de plaatsen, alwaar de volken, die gij zult erven, hun goden gediend hebben; op de hoge bergen, en op de heuvelen, en onder allen groenen boom. |
1 Koningen 14:23 | Want ook zij bouwden zich hoogten, en opgerichte beelden, en bossen, op allen hogen heuvel, en onder allen groenen boom. |
2 Koningen 16:4 | Hij offerde ook en rookte op de hoogten en op de heuvelen, ook onder alle groen geboomte. |
2 Koningen 17:10 | En zij hadden zich staande beelden opgericht en bossen, op allen hogen heuvel en onder alle groen geboomte. |
2 Kronieken 28:4 | Ook offerde hij en rookte op de hoogten en op de heuvelen, mitsgaders onder alle groen geboomte. |
Job 15:32 | Als zijn dag nog niet is, zal hij vervuld worden; want zijn tak zal niet groenen. |
Psalm 37:35 | [Resch.] Ik heb gezien een gewelddrijvenden goddeloze, die zich uitbreidde als een groene inlandse boom. |
Psalm 52:10 | Maar ik zal zijn als een groene olijfboom in Gods huis; ik vertrouw op Gods goedertierenheid eeuwiglijk en altoos. |
Psalm 92:11 | Maar Gij zult mijn hoorn verhogen, gelijk eens eenhoorns; ik ben met verse olie overgoten. |
Psalm 92:15 | In den grijzen ouderdom zullen zij nog vruchten dragen; zij zullen vet en groen zijn, |
Hooglied 1:16 | Zie, gij zijt schoon, mijn Liefste, ja, liefelijk; ook groent onze bedstede. |
Jesaja 57:5 | Die hittig zijt in de eikenbossen, onder allen groenen boom; slachtende de kinderen aan de beken, onder de hoeken der steenrotsen. |
Jeremia 2:20 | Als Ik van ouds uw juk verbroken, [en] uw banden verscheurd had, zo zeidet gij: Ik zal niet dienen; maar op allen hogen heuvel en onder allen groenen boom loopt gij om, hoererende. |
Jeremia 3:6 | Voorts zeide de HEERE tot mij, in de dagen van den koning Josia: Hebt gij gezien, wat de afgekeerde Israel gedaan heeft? Zij ging henen op allen hogen berg, en tot onder allen groenen boom, en hoereerde aldaar. |
Jeremia 3:13 | Alleen ken uw ongerechtigheid, dat gij tegen den HEERE, uw God, hebt overtreden, en uw wegen verstrooid hebt tot de vreemden, onder allen groenen boom, maar gij zijt Mijner stem niet gehoorzaam geweest, spreekt de HEERE. |
Jeremia 11:16 | De HEERE had uw naam genoemd een groenen olijfboom, schoon van liefelijke vruchten; [maar nu] heeft Hij met een geluid van een groot geroep een vuur om denzelven aangestoken, en zijn takken zullen verbroken worden. |
Jeremia 17:2 | Gelijk hun kinderen hunner altaren gedenken, en hunner bossen, bij het groen geboomte, op de hoge heuvelen. |
Jeremia 17:8 | Want hij zal zijn als een boom, die aan het water geplant is, en zijn wortelen uitschiet aan een rivier, en gevoelt het niet, wanneer er een hitte komt, maar zijn loof blijft groen; en in een jaar van droogte zorgt hij niet, en houdt niet op van vrucht te dragen. |
Ezechiel 6:13 | Dan zult gij weten, dat Ik de HEERE ben, als hun verslagenen in het midden hunner drekgoden rondom hun altaren wezen zullen op alle hoge heuvelen, op alle toppen der bergen, en onder allen groenen boom, en onder alle dichte eiken, de plaats, alwaar zij al hun drekgoden liefelijken reuk maakten. |
Hosea 14:9 | Efraim! wat heb Ik meer met de afgoden te doen? Ik heb [hem] verhoord, en zal op hem zien; Ik zal [hem] zijn als een groenende denneboom; uw vrucht is uit Mij gevonden. |