H7522 רָצוֹן
pleasure, acceptable, delight, will, favour

Bijbelteksten

Psalm 30:8[Want,] HEERE! Gij hadt mijn berg door Uw goedgunstigheid vastgezet; [maar toen] Gij Uw aangezicht verborgt, werd ik verschrikt.
Psalm 40:9Ik heb lust, o mijn God! om Uw welbehagen te doen; en Uw wet is in het midden mijns ingewands.
Psalm 51:20Doe wel bij Sion naar Uw welbehagen; bouw de muren van Jeruzalem op.
Psalm 69:14Maar mij aangaande, mijn gebed is tot U, o HEERE; er is een tijd des welbehagens, o God! door de grootheid Uwer goedertierenheid; verhoor mij door de getrouwheid Uws heils.
Psalm 89:18Want Gij zijt de heerlijkheid hunner sterkte; en door Uw welbehagen zal onze hoorn verhoogd worden.
Psalm 103:21Looft den HEERE, al Zijn heirscharen! gij Zijn dienaars, die Zijn welbehagen doet!
Psalm 106:4Gedenk mijner, o HEERE! naar het welbehagen [tot] Uw volk, bezoek mij met Uw heil;
Psalm 143:10Leer mij Uw welbehagen doen, want Gij zijt mijn God! Uw goede Geest geleide mij in een effen land.
Psalm 145:16[Pe.] Gij doet Uw hand open, en verzadigt al wat er leeft, [naar Uw] welbehagen.
Psalm 145:19[Resch.] Hij doet het welbehagen dergenen, die Hem vrezen, en Hij hoort hun geroep, en verlost hen.
Spreuken 8:35Want die Mij vindt, vindt het leven, en trekt een welgevallen van den HEERE.
Spreuken 10:32De lippen des rechtvaardigen weten wat welgevallig is; maar de mond der goddelozen enkel verkeerdheid.
Spreuken 11:1Een bedriegelijke weegschaal is den HEERE een gruwel; maar een volkomen weegsteen is Zijn welgevallen.
Spreuken 11:20De verkeerden van hart zijn den HEERE een gruwel; maar de oprechten van weg zijn Zijn welgevallen.
Spreuken 11:27Wie het goede vroeg nazoekt, zoekt welgevalligheid; maar wie het kwade natracht, dien zal het overkomen.
Spreuken 12:2De goede zal een welgevallen trekken van den HEERE; maar een man van schandelijke verdichtselen zal Hij verdoemen.
Spreuken 12:22Valse lippen zijn den HEERE een gruwel; maar die trouwelijk handelen, zijn Zijn welgevallen.
Spreuken 14:9Elke dwaas zal de schuld verbloemen; maar onder de oprechten is goedwilligheid.
Spreuken 14:35Het welbehagen des konings is over een verstandigen knecht; maar zijn verbolgenheid zal zijn [over] dengene, die beschaamd maakt.
Spreuken 15:8Het offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed der oprechten is Zijn welgevallen.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech