H7621 שְׁבוּעָה
oath, curse, sworn +

Bijbelteksten

Psalm 105:9[Des verbonds,] dat Hij met Abraham heeft gemaakt, en Zijns eeds aan Izak;
Prediker 8:2Ik [zeg]: Neem acht op de mond des konings; doch naar de gelegenheid van den eed Gods.
Prediker 9:2Alle ding [wedervaart hun], gelijk aan alle [anderen]; enerlei wedervaart den rechtvaardige en den goddeloze, den goede en den reine, als den onreine; zo dien, die offert, als dien, die niet offert; gelijk den goede, alzo [ook] den zondaar, dien, die zweert, gelijk dien, die den eed vreest.
Jesaja 65:15En gijlieden zult uw naam Mijn uitverkorenen tot een vervloeking laten; en de Heere HEERE zal ulieden doden, maar Zijn knechten zal Hij met een anderen naam noemen;
Jeremia 11:5Opdat Ik den eed bevestige, dien Ik uw vaderen gezworen heb, hun te geven een land, vloeiende van melk en honig, als het is te dezen dage. Toen antwoordde ik en zeide: Amen, o HEERE!
Ezechiel 21:23Dit zal hun in hun ogen als een ijdel waarzeggen zijn, [omdat zij] met eden beedigd zijn onder hen; maar hij zal der ongerechtigheid gedenken, opdat zij gegrepen worden.
Daniel 9:11Maar geheel Israel heeft Uw wet overtreden, met af te wijken, dat zij Uwer stem niet gehoorzaamden; daarom is over ons uitgestort die vloek, en die eed, die geschreven is in de wet van Mozes, den knecht Gods, dewijl wij tegen Hem gezondigd hebben.
Habakuk 3:9De naakte grond werd ontbloot [door] Uw boog, [om] de eden, aan de stammen gedaan [door] het woord. Sela. Gij hebt de rivieren der aarde gekloofd.
Zacharia 8:17En denkt niet de een des anderen kwaad in ulieder hart; en hebt een valsen eed niet lief; want al deze zijn [dingen], die Ik haat, spreekt de HEERE.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel