H7755 שׂוֹכֹה
Shochoh, Shoco, Shocho, Sochoh, Socho, Socoh

Bijbelteksten

Jozua 15:35Jarmuth, en Adullam, Socho en Azeka,
Jozua 15:48Op het gebergte nu: Samir, en Jatthir, en Socho,
1 Samuel 17:1En de Filistijnen verzamelden hun heir ten strijde, en verzamelden zich te Socho, dat in Juda is; en zij legerden zich tussen Socho en tussen Azeka, aan het einde van Dammim.
1 Koningen 4:10De zoon van Hesed in Arubboth; hij had [daartoe] Socho en het ganse land Hefer.
1 Kronieken 4:18En zijn Joodse huisvrouw baarde Jered, den vader van Gedor, en Heber, den vader van Socho, en Jekuthiel, den vader van Zanoah; en die zijn kinderen van Bitja, de dochter van Farao, die Mered genomen had.
2 Kronieken 11:7En Beth-zur, en Socho, en Adullam,
2 Kronieken 28:18Daartoe waren de Filistijnen in de steden der laagte en het zuiden van Juda ingevallen, en hadden ingenomen Beth-semes, en Ajalon, en Gederoth, en Socho en haar onderhorige plaatsen, en Timna en haar onderhorige plaatsen, en Gimzo en haar onderhorige plaatsen; en zij woonden aldaar.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech