1 Kronieken 23:9 | De kinderen van Simei waren Selomith, en Haziel, en Haran, drie; dezen waren de hoofden der vaderen van Ladan. |
1 Kronieken 24:22 | Van de Jizharieten was Selomoth; van de kinderen van Selomoth was Jahath. |
1 Kronieken 26:25 | Maar zijn broeders van Eliezer waren [dezen]: Rehabja was zijn zoon, en Jesaja zijn zoon, en Joram zijn zoon, en Zichri zijn zoon, en Selomith zijn zoon. |
1 Kronieken 26:26 | Deze Selomith en zijn broederen waren over al de schatten der heilige dingen, die de koning David geheiligd had, mitsgaders de hoofden der vaderen, de oversten over duizenden en honderden, en de oversten des heirs; |