Genesis 25:27 | Als nu deze jongeren groot werden, werd Ezau een man, verstandig op de jacht, een veldman; maar Jakob werd een oprecht man, wonende in tenten. |
Exodus 26:24 | En zij zullen van beneden [als] tweelingen samengevoegd zijn; zij zullen ook [als] tweelingen aan het oppereinde deszelven samengevoegd zijn, met een ring; alzo zal het met de twee [berderen] zijn; tot twee hoekberderen zullen zij zijn. |
Job 1:1 | Er was een man in het land Uz, zijn naam was Job; en dezelve man was oprecht, en vroom, en godvrezende, en wijkende van het kwaad. |
Job 1:8 | En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij [ook] acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad. |
Job 2:3 | En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij [ook] acht geslagen op Mijn knecht Job? Want niemand is op de aarde gelijk hij, een man, oprecht en vroom, godvrezende en wijkende van het kwaad; en hij houdt nog vast aan zijn oprechtigheid, hoewel gij Mij tegen hem opgehitst hebt, om hem te verslinden zonder oorzaak. |
Job 8:20 | Zie, God zal den oprechte niet verwerpen; Hij vat ook de boosdoeners niet bij de hand; |
Job 9:20 | Zo ik mij rechtvaardig, mijn mond zal mij verdoemen; ben ik oprecht, Hij zal mij toch verkeerd verklaren. |
Job 9:21 | Ben ik oprecht, zo acht ik [toch] mijn ziel niet; ik versmaad mijn leven. |
Job 9:22 | Dat is een ding, daarom zeg ik: Den oprechte en den goddeloze verdoet Hij. |
Psalm 37:37 | [Schin.] Let op den vrome, en zie naar den oprechte; want het einde van [dien] man zal vrede zijn. |
Psalm 64:5 | Om in verborgen plaatsen den oprechte te schieten; haastig schieten zij naar hem, en vrezen niet. |
Spreuken 29:10 | Bloedgierige lieden haten den vrome; maar de oprechten zoeken zijn ziel. |
Hooglied 5:2 | Ik sliep, maar mijn hart waakte, de stem mijns Liefsten, Die klopte, was: Doe Mij open, Mijn zuster, Mijn vriendin, Mijn duive, Mijn volmaakte! want Mijn hoofd is vervuld met dauw, Mijn haarlokken met nachtdruppen. |
Hooglied 6:9 | Een enige is Mijn duive, Mijn volmaakte, de enige harer moeder, zij is de zuivere dergenen, die haar gebaard heeft; als de dochters haar zien, zo zullen zij haar welgelukzalig roemen, de koninginnen en de bijwijven; en zij zullen haar prijzen. |