H2037_ הָרֻם
Harum
Taal: Hebreeuws

Statistieken

Komt 1x voor in 1 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie

, eigennaam pass. deelw. van הרם H02036;


Harum = "verheven" 1) een man van Juda, vader van Acharchel



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

הָרֻם n.pr.m. a Judaite 1 Ch 4:8

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H2037 הָרֻם Hârum; passive participle of the same as 2036; high; Harum, an Israelite — Harum.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws הֹרָם H2036 "Horam";

Literatuur


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Hadderech