Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
miṭpaḥat, zn. vrl.; TWOT 818d; Waarschijnlijk afgeleid van טָפַח H2946 met prefix מִ◌ (E. Klein, 339).
1) omslagdoek (Ruth 3:15; Jes. 3:22 †), minder waarschijnlijk sluier, manteltjes (SV); 2) PBH handdoek, servet (E. Klein, 339);
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!