Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
nisrōk, persoonsnaam mnl., buitelandse origine; TWOT 1382
1) een afgod (2 Kon. 19:37; Jes. 37:38), mogelijk de god Nusku (J.D. Prince, JBL, pp. 68-75) of Ninurta (K. v.d. Toorn, p. 631). Lettinga gaat ervanuit dat het de god Marduk is geweest, omdat Sanherib in de Assyrische tempel É-ḫur-sag-(gal-)kur-kur-ra is vermoord en dat in die tijd een standbeeld van Marduk daar stond, of anders een mix van de goden Marduk en Assur (J.P. Lettinga, p. 11).
J. Dyneley Prince, Nisroch and Nusku
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!