Psalm 68:16 | De berg Basan is een berg Gods; de berg Basan is een bultige berg. |
Psalm 68:23 | De Heere heeft gezegd: Ik zal wederbrengen uit Basan; Ik zal wederbrengen uit de diepten der zee; |
Psalm 135:11 | Sihon, den koning der Amorieten, en Og, den koning van Basan, en al de koninkrijken van Kanaan, |
Psalm 136:20 | En Og, den koning van Basan; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. |
Jesaja 2:13 | En tegen alle hoge en verhevene cederen van Libanon, en tegen alle eiken van Basan; |
Jesaja 33:9 | Het land treurt, het kweelt; de Libanon schaamt zich, hij verwelkt; Saron is geworden als een woestijn; zo Basan als Karmel zijn geschud. |
Jeremia 22:20 | Klim op den Libanon en roep, en verhef uw stem op den Basan; roep ook van de veren; maar al uw liefhebbers zijn verbroken. |
Jeremia 50:19 | En Ik zal Israel weder tot zijn woning brengen, en hij zal weiden [op] den Karmel en [op] den Basan; en zijn ziel zal op het gebergte van Efraim en Gilead verzadigd worden. |
Ezechiel 27:6 | Zij hebben uw riemen [uit] eiken van Basan gemaakt; uw berderen hebben zij gemaakt [uw] welbetreden elpenbeen, uit de eilanden der Chittieten. |
Ezechiel 39:18 | Het vlees der helden zult gij eten, en het bloed van de vorsten der aarde drinken; der rammen, der lammeren, en bokken, [en] varren, die altemaal gemesten van Basan zijn. |
Amos 4:1 | Hoort dit woord, gij koeien van Basan! gij, die op den berg van Samaria zijt, die de armen verdrukt, die de nooddruftigen verplettert; gij, die tot hunlieder heren zegt: Brengt aan, opdat wij drinken. |
Micha 7:14 | Gij [dan], weid Uw volk met Uw staf, de kudde Uwer erfenis, die alleen woont, [in] het woud, in het midden van een vruchtbaar land; laat ze weiden [in] Basan en Gilead, als in de dagen van ouds. |
Nahum 1:4 | Hij scheldt de zee, en maakt ze droog, en Hij verdroogt alle rivieren; Basan en Karmel kwelen, ook kweelt de bloem van Libanon. |
Zacharia 11:2 | Huilt, gij dennen! dewijl de cederen gevallen zijn, dewijl die heerlijke [bomen] verwoest zijn; huilt, gij eiken van Basan! dewijl het sterke woud nedergevallen is. |