Huisgezin

Bijbelteksten

Colossenzen 3:20Gij kinderen, zijt [uw] ouderen gehoorzaam in alles, want dat is de Heere welbehagelijk.
Colossenzen 3:21Gij vaders, tergt uw kinderen niet, opdat zij niet moedeloos worden.
2 Timotheus 1:5Als ik mij in gedachtenis breng het ongeveinsd geloof, dat in u is, hetwelk eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Lois, en in uw moeder Eunice; en ik ben verzekerd, dat het ook in u [woont].
2 Timotheus 3:1En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden.
Hebreeen 11:7Door het geloof heeft Noach, door Goddelijke aanspraak vermaand zijnde van de dingen, die nog niet gezien werden, [en] bevreesd geworden zijnde, de ark toebereid tot behoudenis van zijn huisgezin; door welke [ark] hij de wereld heeft veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid, die naar het geloof is.
1 Petrus 3:1Desgelijks gij vrouwen, zijt uw eigenen mannen onderdanig; opdat ook, zo enigen den Woorde ongehoorzaam zijn, zij door den wandel der vrouwen zonder Woord mogen gewonnen worden;

KlussenKlussen