‹ Livius Nieuwsbrief / augustusDeportatie of ballingschap? ›
Strong coderingen in de Bijbel
Gepubliceerd op 04-08-2012

Een van de systematieken die we de laatste jaren steeds vaker tegenkomen bij de Bijbelbestudering is de Strong-codering. Strong was een bekend Bijbelgeleerde die het (voor zijn tijd) unieke idee had opgevat om van ieder woord in de Bijbel een nummer toe te kennen. Hierdoor kon je snel vergelijken waar dit woord nog vaker voorkomt en zo snel vergelijkende betekenissen opspeuren. Dit laatste had hij netjes in een rijtje gezet, zodat een gebruiker zelf kon kiezen welke betekenis het beste is.

Tot zover iets over de achtergrond van deze concordantie, helaas (en ik zeg bewust helaas) zien veel gebruikers deze Strong-concordantie niet als een concordantie om op te zoeken waar een woord voorkomt, maar als woordenboek om zelf een betekenis te geven aan een woord welke (naar eigen inzicht) het best past bij een tekst. Ik kan me dan ook mateloos ergeren als christenen die het Grieks of Hebreeuws niet machtig zijn denken dat ze zo de Bijbel kunnen bestuderen. Zo las ik in een populair commentaar het volgende: "Voor het lezen van de Hebreeuwse of Griekse grondtekst is dus geen kennis (meer) nodig van de klassieke talen." Op de vraag welke kennis je wel nodig hebt wordt niet ingegaan, wel wordt verwezen naar "studieboeken, interlineaire vertalingen (woord voor woord vertalingen uit de grondtekst) en cd-roms. .. daarnaast geeft internet toegang tot grote bibliotheken en sites".

Bij het bestuderen van zijn commentaar gaf de commentator aan dat de "Grondtekst heeft het grootste gezag", dus dacht ik dat hij de Hebreeuwse taal machtig was, maar een alinea verder stelt hij dat het Hebreeuws zeer moeilijk is en dat hij de NIVIHEOT-grondtekst gebruikt. Hiermee was meteen duidelijk wat hij bedoelde,  1) hij spreekt geen Hebreeuws, 2) hij gebruikt niet de grondtekst maar een interlineaire vertaling, 3) zijn commentaar is gebaseerd op de interpretaties van deze vertaling.

Al gauw bleek dat inderdaad de grote problemen bij het niet kennen van de taal. Zo poneert hij dat het Hebreeuwse "ben"  bijna altijd "kind" betekent en slechts in sommige gevallen "zoon", fout natuurlijk want in de meeste gevallen is het net andersom. Pijnlijker wordt het als hij geen onderscheid maakt tussen enkelvoud en meervoud, want zoon of zonen is nogal een verschil. Bij verdere bestudering kwam ik erachter dat op iedere bladzijde van zijn commentaar wel van dit soort cruciale fouten staan.

Ik noem bewust niet de naam van deze commentator, want dat doet niet ter zake. Wat wel ter zake doet is dat veel mensen op deze basis denken dat ze "met gezag" kunnen preken en niet door hebben dat ze zichzelf belachelijk maken. Nog erger wordt het dat ook Nederlandse theologische universiteiten denken dat bij de bestudering van de Bijbel kennis van de klassieke talen niet meer noodzakelijk is, met als gevolg dat massa's afgestudeerde dominees en theologen nu verschijnen die zonder enige vorm van kennis en onderscheid dingen over de Bijbel zeggen in de trant van "in het Hebreeuws staat... en dat betekent ..." en daarmee de massa's nog meer onwetenden weten te overtuigen van hun eigen onkunde.

Conclusie: leer de grondtekst zelf en ga pas daarna op de kansel staan om iets met gezag te vertellen. Strong-coderingen zijn helemaal niet zo "strong" maar eerder "weak".


Tags: Bijbelstudie, Christendom, Pseudowetenschap
Gerelateerde onderwerpen: Bijbelstudie, Christendom, Pseudowetenschap

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel