2 Koningen 6:22

SVDoch hij zeide: Gij zult hen niet slaan; zoudt gij ook slaan, die gij met uw zwaard en met uw boog gevangen hadt? Zet hun brood en water voor, dat zij eten en drinken, en tot hun heer trekken.
WLCוַיֹּ֙אמֶר֙ לֹ֣א תַכֶּ֔ה הַאֲשֶׁ֥ר שָׁבִ֛יתָ בְּחַרְבְּךָ֥ וּֽבְקַשְׁתְּךָ֖ אַתָּ֣ה מַכֶּ֑ה שִׂים֩ לֶ֨חֶם וָמַ֜יִם לִפְנֵיהֶ֗ם וְיֹֽאכְלוּ֙ וְיִשְׁתּ֔וּ וְיֵלְכ֖וּ אֶל־אֲדֹנֵיהֶֽם׃
Trans.wayyō’mer lō’ ṯakeh ha’ăšer šāḇîṯā bəḥarəbəḵā ûḇəqašətəḵā ’atâ makeh śîm leḥem wāmayim lifənêhem wəyō’ḵəlû wəyišətû wəyēləḵû ’el-’ăḏōnêhem:

Algemeen

Zie ook: Voedsel (oorlog), Zwaard

Aantekeningen

Doch hij zeide: Gij zult hen niet slaan; zoudt gij ook slaan, die gij met uw zwaard en met uw boog gevangen hadt? Zet hun brood en water voor, dat zij eten en drinken, en tot hun heer trekken.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֙אמֶר֙

Doch hij zeide

לֹ֣א

Gij zult hen niet

תַכֶּ֔ה

slaan

הַ

-

אֲשֶׁ֥ר

die

שָׁבִ֛יתָ

gevangen hadt

בְּ

-

חַרְבְּךָ֥

met uw zwaard

וּֽ

-

בְ

-

קַשְׁתְּךָ֖

en met uw boog

אַתָּ֣ה

gij

מַכֶּ֑ה

zoudt gij ook slaan

שִׂים֩

Zet

לֶ֨חֶם

hun brood

וָ

-

מַ֜יִם

en water

לִ

-

פְנֵיהֶ֗ם

voor

וְ

-

יֹֽאכְלוּ֙

dat zij eten

וְ

-

יִשְׁתּ֔וּ

en drinken

וְ

-

יֵלְכ֖וּ

-

אֶל־

en tot

אֲדֹנֵיהֶֽם

hun heer


Doch hij zeide: Gij zult hen niet slaan; zoudt gij ook slaan, die gij met uw zwaard en met uw boog gevangen hadt? Zet hun brood en water voor, dat zij eten en drinken, en tot hun heer trekken.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!