SV | Toen zeiden de mannen van Israel tot Gideon: Heers over ons, zo gij als uw zoon en uws zoons zoon, dewijl gij ons van der Midianieten hand verlost hebt. |
WLC | וַיֹּאמְר֤וּ אִֽישׁ־יִשְׂרָאֵל֙ אֶל־גִּדְעֹ֔ון מְשָׁל־בָּ֙נוּ֙ גַּם־אַתָּ֔ה גַּם־בִּנְךָ֖ גַּ֣ם בֶּן־בְּנֶ֑ךָ כִּ֥י הֹושַׁעְתָּ֖נוּ מִיַּ֥ד מִדְיָֽן׃ |
Trans. | wayyō’mərû ’îš-yiśərā’ēl ’el-giḏə‘wōn məšāl-bānû gam-’atâ gam-binəḵā gam ben-bəneḵā kî hwōša‘ətānû mîyaḏ miḏəyān: |
Toen zeiden de mannen van Israel tot Gideon: Heers over ons, zo gij als uw zoon en uws zoons zoon, dewijl gij ons van der Midianieten hand verlost hebt.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen zeiden de mannen van Israel tot Gideon: Heers over ons, zo gij als uw zoon en uws zoons zoon, dewijl gij ons van der Midianieten hand verlost hebt.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!