G165 αἰών
werelden, heelal, universum, eeuw, tijdsperiode, eeuwigheid

Bijbelteksten

1 Corinthiers 2:7Maar wij spreken de wijsheid Gods, [bestaande] in verborgenheid, die bedekt was, welke God te voren verordineerd heeft tot heerlijkheid van ons, eer de wereld was;
1 Corinthiers 2:8Welke niemand van de oversten dezer wereld gekend heeft; want indien zij ze gekend hadden, zo zouden zij den Heere der heerlijkheid niet gekruist hebben.
1 Corinthiers 3:18Niemand bedriege zichzelven. Zo iemand onder u dunkt, dat hij wijs is in deze wereld, die worde dwaas, opdat hij wijs moge worden.
1 Corinthiers 8:13Daarom, indien de spijs mijn broeder ergert, zo zal ik in eeuwigheid geen vlees eten, opdat ik mijn broeder niet ergere.
1 Corinthiers 10:11En deze dingen alle zijn hunlieden overkomen tot voorbeelden; en zijn beschreven tot waarschuwing van ons, op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn.
2 Corinthiers 4:4In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, [namelijk] der ongelovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, Die het Beeld Gods is.
2 Corinthiers 9:9Gelijk er geschreven is: Hij heeft gestrooid, hij heeft den armen gegeven; Zijn gerechtigheid blijft in der eeuwigheid.
2 Corinthiers 11:31De God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die geprezen is in der eeuwigheid, weet, dat ik niet lieg.
Galaten 1:4Die Zichzelven gegeven heeft voor onze zonden, opdat Hij ons trekken zou uit deze tegenwoordige boze wereld, naar den wil van onzen God en Vader;
Galaten 1:5Denwelken zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.
Efeziers 1:21Verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en allen naam, die genaamd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de toekomende;
Efeziers 2:2In welke gij eertijds gewandeld hebt, naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest, die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid;
Efeziers 2:7Opdat Hij zou betonen in de toekomende eeuwen den uitnemenden rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus.
Efeziers 3:9En allen te verlichten, [dat zij mogen verstaan], welke de gemeenschap der verborgenheid zij, die van [alle] eeuwen verborgen is geweest in God, Welke alle dingen geschapen heeft door Jezus Christus;
Efeziers 3:11Naar het eeuwig voornemen, dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus, onzen Heere;
Efeziers 3:21Hem, [zeg ik], zij de heerlijkheid in de Gemeente, door Christus Jezus, in alle geslachten, tot alle eeuwigheid. Amen.
Efeziers 6:12Want wij hebben den strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht.
Filippenzen 4:20Onzen God nu en Vader zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.
Colossenzen 1:26[Namelijk] de verborgenheid, die verborgen is geweest van [alle] eeuwen en van [alle] geslachten, maar nu geopenbaard is aan Zijn heiligen;
1 Timotheus 1:17Den Koning nu der eeuwen, den onverderfelijken, den onzienlijken, den alleen wijzen God, zij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs