G620 ἀπολείπω
verlaten, achterlaten

Bijbelteksten

2 Timotheus 4:13Breng den reismantel mede, dien ik te Troas bij Karpus gelaten heb, als gij komt, en de boeken, inzonderheid de perkamenten.
2 Timotheus 4:20Erastus is te Korinthe gebleven; en Trofimus heb ik te Milete krank gelaten.
Hebreeen 4:6Dewijl dan blijft, dat sommigen in dezelve [rust] ingaan, en degenen, dien het Evangelie eerst verkondigd was, niet ingegaan zijn vanwege de ongehoorzaamheid,
Hebreeen 4:9Er blijft dan een rust over voor het volk Gods.
Hebreeen 10:26Want zo wij willens zondigen, nadat wij de kennis der waarheid ontvangen hebben, zo blijft er geen slachtoffer meer over voor de zonden;
Judas 1:6En de engelen, die hun beginsel niet bewaard hebben, maar hun eigen woonstede verlaten hebben, heeft Hij tot het oordeel des groten dags met eeuwige banden onder de duisternis bewaard.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel