G1410 δύναμαι
bekwaam zijn

Bijbelteksten

Mattheus 26:9Want deze zalf had kunnen duur verkocht, en [de penningen] den armen gegeven worden.
Mattheus 26:42Wederom ten tweeden male heengaande, bad Hij, zeggende: Mijn Vader! Indien deze drinkbeker van Mij niet voorbij kan gaan, tenzij dat Ik hem drinke, Uw wil geschiede!
Mattheus 26:53Of meent gij, dat Ik Mijn Vader nu niet kan bidden, en Hij zal Mij meer dan twaalf legioenen engelen bijzetten?
Mattheus 26:61Maar ten laatste kwamen twee valse getuigen, en zeiden: Deze heeft gezegd: Ik kan den tempel Gods afbreken, en in drie dagen denzelven opbouwen.
Mattheus 27:42Anderen heeft Hij verlost, Hij kan Zichzelven niet verlossen. Indien Hij de Koning Israels is, dat Hij nu afkome van het kruis, en wij zullen Hem geloven.
Markus 1:40En tot Hem kwam een melaatse, biddende Hem, en vallende voor Hem op de knieen, en tot Hem zeggende: Indien Gij wilt, Gij kunt mij reinigen.
Markus 1:45Maar hij uitgegaan zijnde, begon vele dingen te verkondigen en dat woord te verbreiden, alzo dat Hij niet meer openbaar in de stad kon komen, maar was buiten in de woeste plaatsen; en zij kwamen tot Hem van alle kanten.
Markus 2:4En niet kunnende tot Hem genaken, overmits de schare, ontdekten zij het dak, waar Hij was; en [dat] opgebroken hebbende, lieten zij het beddeken neder, daar de geraakte op lag.
Markus 2:7Wat spreekt Deze aldus [gods]lasteringen? Wie kan de zonden vergeven, dan alleen God?
Markus 2:19En Jezus zeide tot hen: Kunnen ook de bruiloftskinderen vasten, terwijl de Bruidegom bij hen is? Zo langen tijd zij den Bruidegom bij zich hebben, kunnen zij niet vasten.
Markus 3:20En zij kwamen in huis; en daar vergaderde wederom en schare, alzo dat zij ook zelfs niet konden brood eten.
Markus 3:23En hen tot Zich geroepen hebbende, zeide Hij tot hen in gelijkenissen: Hoe kan de satan den satan uitwerpen?
Markus 3:24En indien een koninkrijk tegen zichzelf verdeeld is, zo kan dat koninkrijk niet bestaan.
Markus 3:25En indien een huis tegen zichzelf verdeeld is, zo kan dat huis niet bestaan.
Markus 3:26En indien de satan tegen zichzelven opstaat, en verdeeld is, zo kan hij niet bestaan, maar heeft een einde.
Markus 3:27Er kan niemand in het huis eens sterken ingaan en zijn vaten ontroven, indien hij niet eerst den sterke bindt; en alsdan zal hij zijn huis beroven.
Markus 4:32En wanneer het gezaaid is, gaat het op, en wordt het meeste van al de moeskruiden, en maakt grote takken, alzo dat de vogelen des hemels onder zijn schaduw kunnen nestelen.
Markus 4:33En door vele zulke gelijkenissen sprak Hij tot hen het Woord, naardat zij het horen konden.
Markus 5:3Dewelke [zijn] woning in de graven had, en niemand kon hem binden, ook zelfs niet met ketenen.
Markus 6:5En Hij kon aldaar geen kracht doen; dan Hij legde weinigen zieken de handen op, en genas hen.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken