Lukas 15:8 | Of wat vrouw, hebbende tien penningen, indien zij een penning verliest, ontsteekt niet een kaars, en keert het huis [met bezemen], en zoekt naarstiglijk, totdat zij [dien] vindt? |
Lukas 15:9 | En als zij [dien] gevonden heeft, roept zij de vriendinnen en de geburinnen samen, zeggende: Weest blijde met mij; want ik heb den penning gevonden, dien ik verloren had. |
Lukas 15:24 | Want deze mijn zoon was dood, en is weder levend geworden; en hij was verloren, en is gevonden! En zij begonnen vrolijk te zijn. |
Lukas 15:32 | Men behoorde dan vrolijk en blijde te zijn; want deze uw broeder was dood, en is weder levend geworden; en hij was verloren, en is gevonden. |
Lukas 17:18 | En zijn er geen gevonden, die wederkeren, om Gode eer te geven, dan deze vreemdeling? |
Lukas 18:8 | Ik zeg u, dat Hij hun haastelijk recht doen zal. Doch de Zoon des mensen, als Hij komt, zal Hij ook geloof vinden op de aarde? |
Lukas 19:30 | Zeggende: Gaat henen in dat vlek, dat tegenover is; in hetwelk inkomende, zult gij een veulen gebonden vinden, waarop geen mens ooit heeft gezeten; ontbindt hetzelve, en brengt het. |
Lukas 19:32 | En die uitgezonden waren, heengegaan zijnde, vonden het, gelijk Hij hun gezegd had. |
Lukas 19:48 | En zij vonden niet, wat zij doen zouden; want al het volk hing Hem aan, en hoorde [Hem]. |
Lukas 22:13 | En zij, heengaande, vonden het, gelijk Hij hun gezegd had, en bereidden het pascha. |
Lukas 22:45 | En als Hij van het gebed opgestaan was, kwam Hij tot Zijn discipelen, en vond hen slapende van droefheid. |
Lukas 23:2 | En zij begonnen Hem te beschuldigen, zeggende: Wij hebben bevonden, dat Deze het volk verkeert, en verbiedt den keizer schattingen te geven, zeggende, dat Hij Zelf Christus, de Koning is. |
Lukas 23:4 | En Pilatus zeide tot de overpriesters en de scharen: Ik vind geen schuld in dezen Mens. |
Lukas 23:14 | Gij hebt dezen Mens tot mij gebracht, als een, die het volk afkerig maakt; en ziet, ik heb [Hem] in uw tegenwoordigheid ondervraagd, en heb in dezen Mens geen schuld gevonden, van hetgeen daar gij Hem mede beschuldigt; |
Lukas 23:22 | En hij zeide ten derden male tot hen: Wat heeft Deze dan kwaads gedaan? Ik heb geen schuld des doods in Hem gevonden. Zo zal ik Hem dan kastijden en loslaten. |
Lukas 24:2 | En zij vonden den steen afgewenteld van het graf. |
Lukas 24:3 | En ingegaan zijnde, vonden zij het lichaam van den Heere Jezus niet. |
Lukas 24:23 | En Zijn lichaam niet vindende, kwamen zij en zeiden, dat zij ook een gezicht van engelen gezien hadden, die zeggen, dat Hij leeft. |
Lukas 24:24 | En sommigen dergenen, die met ons zijn, gingen heen tot het graf, en bevonden het alzo, gelijk ook de vrouwen gezegd hadden; maar Hem zagen zij niet. |
Lukas 24:33 | En zij, opstaande ter zelfder ure, keerden weder naar Jeruzalem, en vonden de elven samenvergaderd, en die met hen waren; |