2 Corinthiers 3:13 | En [doen niet] gelijkerwijs Mozes, [die] een deksel op zijn aangezicht legde, opdat de kinderen Israels niet zouden sterk zien op het einde van hetgeen te niet gedaan wordt. |
2 Corinthiers 3:14 | Maar hun zinnen zijn verhard geworden; want tot op [den dag] van heden blijft hetzelfde deksel in het lezen des Ouden Testaments, zonder ontdekt te worden, hetwelk door Christus te niet gedaan wordt. |
2 Corinthiers 3:15 | Maar tot den huidigen [dag] toe, wanneer Mozes gelezen wordt, ligt een deksel op hun hart. |
2 Corinthiers 3:16 | Doch zo wanneer het tot den Heere zal bekeerd zijn, zo wordt het deksel weggenomen. |