Mattheus 10:10 | Noch male tot den weg, noch twee rokken, noch schoenen, noch staf; want de arbeider is zijn voedsel waardig. |
Mattheus 10:12 | En als gij in het huis gaat, zo groet hetzelve. |
Mattheus 10:13 | En indien dat huis waardig is, zo kome uw vrede over hetzelve, maar indien het niet waardig is, zo kere uw vrede weder tot u. |
Mattheus 10:14 | En zo iemand u niet zal ontvangen, noch uw woorden horen, uitgaande uit dat huis of uit dezelve stad, schudt het stof uwer voeten af. |
Mattheus 10:15 | Voorwaar zeg Ik u: Het zal den lande van Sodom en Gomorra verdragelijker zijn in den dag des oordeels, dan dezelve stad. |
Mattheus 10:16 | Ziet, Ik zend u als schapen in het midden der wolven; zijt dan voorzichtig gelijk de slangen, en oprecht gelijk de duiven. |
Mattheus 10:17 | Maar wacht u voor de mensen; want zij zullen u overleveren in de raadsvergaderingen, en in hun synagogen zullen zij u geselen. |
Mattheus 10:18 | En gij zult ook voor stadhouders en koningen geleid worden, om Mijnentwil, hun en den heidenen tot getuigenis. |
Mattheus 10:19 | Doch wanneer zij u overleveren, zo zult gij niet bezorgd zijn, hoe of wat gij spreken zult; want het zal u in dezelve ure gegeven worden, wat gij spreken zult. |
Mattheus 10:20 | Want gij zijt [het] niet, die spreekt, maar [het is] de Geest uws Vaders, Die in u spreekt. |
Mattheus 10:22 | En gij zult van allen gehaat worden om Mijn Naam; maar die volstandig zal blijven tot het einde, die zal zalig worden. |
Mattheus 10:23 | Wanneer zij u dan in deze stad vervolgen, vliedt in de andere; want voorwaar zeg Ik u: Gij zult [uw reis door] de steden Israels niet geeindigd hebben, of de Zoon des mensen zal gekomen zijn. |
Mattheus 10:24 | De discipel is niet boven den meester, noch de dienstknecht boven zijn heer. |
Mattheus 10:25 | Het [zij] den discipel genoeg, dat hij worde gelijk zijn meester, en de dienstknecht gelijk zijn heer. Indien zij den Heere des huizes Beelzebul hebben geheten, hoeveel te meer Zijn huisgenoten! |
Mattheus 10:27 | Hetgeen Ik u zeg in de duisternis, zegt het in het licht; en hetgeen gij hoort in het oor, predikt dat op de daken. |
Mattheus 10:28 | En vreest niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel en lichaam kan verderven in de hel. |
Mattheus 10:29 | Worden niet twee musjes om een penningsken verkocht? En niet een van deze zal op de aarde vallen zonder uw Vader. |
Mattheus 10:30 | En ook uw haren des hoofds zijn alle geteld. |
Mattheus 10:32 | Een iegelijk dan, die Mij belijden zal voor de mensen, dien zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen [is]. |
Mattheus 10:33 | Maar zo wie Mij verloochend zal hebben voor de mensen, dien zal Ik ook verloochenen voor Mijn Vader, Die in de hemelen [is]. |